Dit bericht is in bewerking
Brieven uit La Dominance. Rosemarijn Milo. Uitgeverij Boekscout.nl, ISBN 978 94 620 6401 0 (€ 17,95).
In ruim 40 brieven beschrijft de juriste Rosemarijn Milo haar nieuwe leven in Frankrijk en in het bijzonder de stad Metz en haar omgeving. De belevenissen met de Fransen en hun eigen gewoonten en gebruiken en de opvattingen van de schrijfster over de Franse politiek lezen plezierig weg. De brieven bevatten beschouwingen en constateringen over o.a. het Franse dagelijkse leven, de bureaucratie, de eigenaardigheden, de omgang met aannemers en vooral ruime beschrijvingen van de stad Metz aan de Moezel. De beschreven periode tussen 2007 en 2009 heeft als consequentie dat politieke beschrijvingen en opinies van de auteur over Sarkozy en een Ségolène Royal uiteraard wat gedateerd zijn. In de groeiende reeks boeken en boekjes van Nederlanders in Frankrijk is dit brievenboek, met foto’s van de Franse echtgenoot Yves, een aardige aanvulling.
Franse kinderen gooien niet met eten. Opvoedadviezen uit Parijs. Pamela Druckerman. Uitg. Balans, ISBN 9 789460 035 91 3 (€ 18,50).
Het in de VS en Engeland veel verkochte succesboek Bringing up bébé. One American Mother Discovers the Wisdom of Franch Parenting (voor de Britse markt hertiteld in French children don’t throw food) verhaalt over de ervaringen van een Amerikaanse moeder in Parijs. Deze journaliste, getrouwd met een Engelsman, viel het op dat Franse kinderen zich over het algemeen netter gedragen dan Amerikaanse. De groep Fransen – moeders, vaders, onderwijskrachten – die zij raadpleegde in Parijs legden uit dat zij eigenlijk niets bijzonders deden met de opvoeding van kinderen. Wel behoort het tot de Parijse traditie – en wellicht ook elders in het land – dat jonge kinderen onbewust geleerd wordt dat er kaders zijn waarbinnen je je hoort te gedragen. Baby’s mogen twee of drie maanden huilen ’s nachts, maar daarna moet het wel afgelopen zijn. Vader en moeder willen ook slapen. In de meeste gevallen lukt het ze ook. Druckerman beschrijft deze processen. In restaurants rennen kinderen niet tussen de tafeltjes door, maar zitten aan tafel, eten met mes en vork en hebben geleerd alles te eten wat op tafel komt. Niet zeuren of jengelen. Volwassenen kunnen een gesprek blijven vloeren, zonder dat zij elk ogenblik de kinderen tot de orde moeten roepen. Maar Franse kinderen zijn net zo levendig, creatief en onderzoekend als die van ons. Ze zijn alleen veel beter opgevoed en hebben meer zelfbeheersing. Ze hoeven niet 24 uur per dag vermaakt te worden en ontdekken de wereld in hun eigen tempo. Al vroeg wordt hen geleerd even te wachten, en non is non. Maar op sommige gebieden is er ook weer veel vrijheid. Amerikaanse ouders offeren zich op voor hun kinderen. Franse moeders willen ook vrouw blijven. Het boek is plezierig geschreven en goed vertaald door Henny Corver.
Ze heten allemaal Mohammed. ‘Graphic novel’ Jérôme Ruillier naar het boek Mémoires d’immigrés van de Franse filmregisseur Yamina Benguigui (1997), in vertaling door Ernst van den Hemel en met een voorwoord van Abdelkader Benali. Oog & Blik|De Bezige Bij. ISBN 978 90 549 2357 2 (€ 29,90).
In dit omvangrijke ‘stripboek’ met tekeningen in een constante karikaturale stijl komen de uit Noord-Afrika komende Franse allochtonen en hun afstammelingen aan het woord die in een verteltrant verhalen over de belevenissen en bejegeningen in de Franse samenleving. In het eerste hoofdstuk ‘Vaders’, vertelt Khemaïs – ‘je mag ook Mohammed zeggen’ – over de onmogelijkheid hogerop te komen in de autofabriek waar hij al veertig jaar werkt. In het hoofdstuk ‘Moeders’ komt een aantal sterke vrouwen aan het woord die ieder op hun eigen manier tegemoet proberen te komen aan de vaak tegengestelde eisen van familie, maatschappij en cultuur. Het hoofdstuk ‘Kinderen’ gaat over de problemen van kinderen die opgroeien als tweede-generatie-arbeidsmigranten. Naima bijvoorbeeld beschrijft de moeilijkheden, op de universiteit en op straat, die zij ervoer nadat zij een hoofddoek begon te dragen en daardoor plotseling als minder Europees werd gezien. De beschrijvingen van de ellendige woon- en werkomstandigheden, waaronder de eerste generatie Algerijnen, Marokkanen en Tunesiërs in Frankrijk kwam te leven, zijn weinig vrolijk stemmend. Het lezen van de simpele tekst en het bezien van de naïeve potloodtekeningen leveren echter niet het kennelijk beoogde schokeffect van de verontwaardiging op over de manier waarop de Franse maatschappij is omgegaan met de maghrébins van na de Tweede Wereldoorlog en de Algerijnse onafhankelijkheid. Het is al zovele malen verteld, gehoord en gezien.
Duivelsblauw, historische roman (‘Meeslepend verhaal over de macht van familiebanden tegen het decor van het zestiende-eeuw Zuid-Frankrijk’) van Jeanine Erades. Uitgeverij Mozaïek, ISBN 978 90 239 9407 7 (€ 19,90.)
In deze debuutroman van de juriste Jeanine Erades is in 503 pagina’s een fictieve geschiedenis neergezet over het leven in het Zuid-Frankrijk van de 16e eeuw, waarin de lucratieve vervaardiging en handel van de blauwe verfstof pastel voor welvaart en voorspoed zorgden in plaatsen als Toulouse en Bordeaux. De roman is geschreven rond de hoofdpersoon Sophie, dochter van een rijke en succesvolle handelaar in pastel die het niet al te nauw neemt met de zakelijke eerlijkheid. Bovendien een hardvochtige vader die zijn dochter Sophie wenst uit te huwelijken aan zijn schurkachtige zakenpartner. Zij komt in opstand, wordt naar een klooster verbannen, maar ontvlucht het verstikkende klimaat aldaar en komt weer in de dagelijkse wereld terecht met grote spanningen tussen katholieken en protestanten. De kloeke roman schetst via een fictief verhaal een boeiend beeld van het leven in de zestiende eeuw in Frankrijk en in het bijzonder van Toulouse, de roze stad waarin het gewonnen blauw uit een simpele plant het leven voor velen bepaalde.
De canon van Parijs. De 50 geschiedenisverhalen waar je niet omheen kunt. Roel Tanja. Uitg. BBNC uitgevers. ISBN 978 90 453 1356 6 (€ 9,95.)
Leuk en handzaam boekje met feiten en weetjes over Parijs. De 50 korte verhalen/beschrijvingen beginnen in 52 v.chr. en eindigen in 2005 met de onlusten in de gespannen voorsteden, de banlieues. Canon is een wat erg groot woord voor de verzameling lichtvoetig geschreven historische feiten over de Lichtstad. Zoals het begin: De eerste keer dat Lutetia, de oude naam voor Parijs, genoemd werd, was in Commentarii de bello Gallico van Julius Caesar. De versterkte Keltische nederzetting was toen al zo’n 200 à 250 jaar oud en werd bewoond het door Gallische volk de Parisii. Voluit in het Latijn heette deze leefgemeenschap dan ook ‘Lutetia Parisiorum’, ruwweg te vertalen als ‘de modder van de Parisii’, doordat het zich in een nogal moerasachtig gebied bevond. In 2005 na chr.: President Sarkozy kwam met een plan Espoir Banlieues (hoop voor de voorsteden), waarbij één miljard euro vrijgemaakt werd om jonge werklozen aan een baan te helpen. Volgens experts zou er echter zo’n dertig miljard nodig zijn om de situatie op te lossen. Na een jaar was er van de beloofde 45.000 banen nog geen tien procent vervuld. Bij de onlusten van 2005 brandden zo’n 38.000 auto’s af, maar de schade aan de samenleving was oneindig veel groter. Tussen deze twee data is er veel gebeurd dat Parijs zijn huidige vorm heeft gegeven: Notre Dame voltooid, Bestorming van de Bastille, Bouw van de Eiffeltoren, Studentenopstand. Dat alles in 127 pagina’s beschreven.
La Carte voor iPhone, is verkrijgbaar via www.peptalks.nl/lacarte, € 7,99. Het handige boekje (336 pagina’s) kost € 12,50 (Uitg. Podium, ISBN 978 90 5759 191 4.)Restaurants zijn er in Frankrijk in overvloed. Maar eenmaal achter de menukaart beginnen voor velen de zorgen. Steak frites en salade niçoise kennen we wel, maar wat is een oisillon? Hoe smaken rognons? Doen we onze tafelgenoot een plezier met een jardinière? Rik Smits’ La Carte biedt uitkomst. Dit beproefde culinaire bijbeltje geeft korte, heldere beschrijvingen van alles wat er op de kaart kan staan zodat je aan tafel snel en trefzeker de betekenis van gerechten kunt opzoeken. Naast de herziene editie is er nu ook de app van La Carte. Men kan bladeren door de lijst van ruim 5600 begrippen, wandel met de indexbalk door het alfabet of vul simpelweg de eerste paar letters van het gezochte woord in in het zoekvak. aarmee ontdek je voor € 7,99 nog sneller en gemakkelijker wat een oisillon of die jardinière is, of je pied et paquets lust en of je ergens pinda’s in kunt verwachten.
Partie de Campagne. Aquarellenbundel van Jan Vanriet. Uitg. Ludion. ISBN 978 94 6130 064 5 (€ 24,90.)
De in Antwerpen en in de Provence wonende en werkende schilder/dichter Jan Vanriet (1948) ontdekte enkele jaren geleden de lange korte film Une Partie de Campagne van Jean Renoir, zoon van de beroemde schilder Auguste. De film uit 1936 draait om een verhaal van Guy de Maupassant, ‘de grootmeester in het neerzetten van compacte situaties en het zo treffend schetsen van de codes binnen een burgerlijk milieu’, aldus omschrijft Vanriet zijn inspiratie om 71 aquarellen te vervaardigen. Une Partie de Campagne vertelt het zondagse uitstapje van een Parijse middenstander met zijn familie naar een uitspanning buiten de stad. Er zijn de rivier, de roeibootjes, de vissteiger en het déjeuner sur l’herbe. Bij een bezoek in het dorpje Essoyes ten zuiden van Troyes ontdekte Vanriet het zomerkwartier van de Renoirs. Op de begraafplaats vond hij ze samen, vader en zoon. Auguste’s naam staat boven op de gedenkzuil, zo ook zijn bronzen buste. De naam van de filmende zoon is helemaal onderaan gebeiteld, letterlijk een voetnoot. Dit alles inspireerde de kunstenaar tot het werk met penseel en waterverf. Er valt ook nog wat te lezen in het fraai vormgegeven boekwerk. De Vlaamse filmregisseur, scenarist, rockjournalist, publicist en columnist Marc Didden (1949), goede bekende van schilder Vanriet, meldt in een nawoord de grandeur van de film van Renoir nu pas langzaam te begrijpen. De film – en in navolging daarvan ook de aquarellen – ‘schildert een soort Frankrijk af waar ik tegelijk van hou en ook van huiver’. Didden hoort nog wat accordeonmuziek aanwaaien ‘die onvermijdelijk doet denken aan Woody Allen, die graag zegt dat hij van nature al veel medelijden heeft met de Franse bevolking omdat ze tijdens de Tweede Wereldoorlog niet alleen het juk van de nazi’s moest ondergaan, maar daar bovenop ook nog de chansons van Maurice Chevalier.’ Didden huivert van de droevige zônes industrielles die je bij elke Franse stad aantreft. Jan Vanriet heeft daar minder last van. ‘Hij houdt écht van Frankrijk. En hij houdt écht van cinema. En hij houdt wis en waarachtig zowel van vader als van zoon Renoir…..’ Resultaat: Meisje op een schommel. Jongen op een boot. Briesje op een zomerdag. Een wolk die regen wordt. Wat dames en heren die stoeien in het gras tot het eten geserveerd wordt onder een fraaie lommerboom. Niets dan rust en schoonheid.’ ‘Maar van binnen: niets dan kommer en kwel.’ Renoir schreef het zelf in zijn dagboek: ‘L’histoire d’un amour déçu, suivi d’une via ratée.’
Altijd buiten eten! en 100 andere redenen om toch een tweede huis in Frankrijk te kopen. Onno Aerden. BBNC Uitgevers. ISBN 978 90 453 1359 7 (€ 9,95.)
Een aardig boekje van deze auteur, die hoofdredacteur en uitgever was bij onder meer Leven in Frankrijk en andere bladen. Twee jaar nadat hij, ondanks aanvankelijke twijfels, toch een tweede huisje in Frankrijk kocht, heeft hij zijn ervaringen in 100 hoofdstukjes neergeschreven en daarbij vrijwel uitsluitend juichende beschouwinkjes ten beste gegeven. Enkele voorbeelden: Zelfs slecht weer is er mooi; Fransen zijn wél aardig (buiten de stad); De wijn is goedkoper; Overal is wel een restaurantje; Hiep hier hoera voor de supermarché; Leven de hangmat en dat alles dan in totaal 100 keer. Het is als met de redactionele inhoud van de ‘Frankrijkbladen’: het moet vooral niet te informatief of kritisch worden. Nederlandse francofielen moeten die bladen kopen omwille van de verhalen die een gevoel vertolken, het heerlijke Frankrijkgevoel. Daar is niets mis mee, maar veel wijzer word je er niet van. Zo ook met het boekje van Onno Aerden, zeer leesbaar, iets te vlotjes van toon, maar alleraardigst. Volstrekt geen ‘must absolu’ echter zoals Ilja Gort, de Nederlandse wijnbouwer, op het omslag mocht vermelden.
Het mysterie van Bugarach. Thriller van David Scherpenhuizen. Uitgeverij Conserve, ISBN 978 90 5429 335 4 (€ 19,99.)
De auteur (samen met Nathalie van Koot) van Verborgen Frankrijk en Geheimen van de Languedoc heeft zich gewaagd aan het schrijven van een thriller, die zich afspeelt bij de mysterieuze ‘Lichtberg’ Bugarach in de bergen van Corbières. Volgens de voorspellingen vergaat de wereld in december 2012 en zullen de aldaar verzamelde mensen gered worden door buitenaardsen. De auteur, journalist en historicus, heeft een speculatief verhaal geschreven met als ingrediënten de Katharen, de Tempeliers, de Rozekruisers, de vrijmetselaren, Maria Magdalena en meer van deze met raadselen omgeven gelovigen en denkers. Thema is nu niet het in tienduizenden boeken al beschreven zoeken naar de Heilige Graal, maar naar een licht brengend artefact waarnaar internationale terroristen op zoek zijn. De hoofdrolspelers proberen deze criminele zoekers naar de ultieme wereldmacht te verhinderen in het bezit te komen van de mystieke talisman. De schrijver combineert het beschrijven van deze bloedige strijd met het doorheen husselen van min of meer geschiedkundige beschrijvingen uit de Languedoc van weleer. Het op een scenario van een B-film gelijkende verhaal (seks en veel geweld) levert bij het lezen ervan slechts ergernis op. Speculatieve kletskoek die de gegeven omschrijving van ‘literaire thriller’ allerminst waard is. Wat meer serieus bedoelde informatie over die berg Bugarach is op enkele websites te vinden:
Hoogtij langs de Seine. Nederlandse schrijvers en kunstenaars in Parijs. Diederik Stevens. Uitgeverij Atlas. ISBN 978 90 450 21 201. (€ 49,95.)
Voor de generatie babyboomers moet het een feest van herkenning zijn: al die Nederlandse schrijvers en beeldende kunstenaars die na de oorlog Amsterdam verruilden voor de cultuurhoofdstad van die tijd Parijs. Karel Appel, Rudy Kousbroek, Corneille, Remco Campert, de Belg Hugo Claus, Simon Vinkenoog, Jan Cremer, Willem Frederik Hermans, Gerard Reve. In een dik boek (512 pagina’s) zet auteur Diederik Stevens veel verzamelde feiten op een rij over het wel en wee van de naar de Franse hoofdstad uitgeweken kunstenaars voor wie het allemaal anders moest (Cobra) en Nederland te benauwd werd. Er werd veel armoede geleden, geslapen op stoffige zolderkamertjes, gedronken, gevrijd, getrouwd, gescheiden en daarbij ook gedicht, geschreven, geschilderd en gebeeldhouwd. Nogal wat carrières van deze befaamd geworden artiesten zijn in Parijs begonnen, de stad – nu openluchtmuseum – die haar toenmalige prominentie heeft moeten overdragen aan Berlijn en New York. De auteur, zelf schilder en publicist, is bij zijn beschrijvingen uiterst gedetailleerd te werk gegaan. Alle woonadressen van de kunstenaars zijn achterhaald en worden met huisnummers en al vermeld. Wie Parijs bezoekt kan het vlot geschreven werk ook gebruiken als reisgids. Het zijn wel veel feiten die de revue passeren, maar het toenmalige bohemienleven van die Hollanders komt goed uit de verf, alsook de onderlinge relaties en kruisverbanden die er bestonden in de Parijse kunstenaarskolonie van destijds.
Charles de Gaulle, 1890-1970. De man die nee zei. H.L.Wesseling, uitg. Bert Bakker, ISBN 9 789035 1 3660 1 (€ 24,95.)
De door de Fransen als ‘de grootste Fransman aller tijden’ omschreven Generaal De Gaulle zei nee in 1940 toen maarschalk Pétain zei dat Frankrijk de strijd moest staken. Nee, zei De Gaulle, ‘we hebben een veldslag verloren, niet de oorlog’. Toen in Algerije een opstand was uitgebroken en in Frankrijk een burgeroorlog dreigde, wist De Gaulle de oorlog in Algerije te beëindigen en Frankrijk een nieuwe grondwet te geven. Later zei deze stichter van de Vijfde Republiek nee tegen de Franse Europapolitiek en de overheersende rol van de Amerikanen in de NAVO, omdat voor hem de soevereiniteit en onafhankelijkheid van Frankrijk boven alles gingen. De historicus Wesseling, gefascineerd door Frankrijk (hij schreef in 2004 een boekje Frans met de Fransen), is bij het schrijven van de biografie grondig te werk gegaan en slaagde erin de talrijke feiten en gebeurtenissen rond het particuliere en vooral politieke leven van het illustere staatshoofd zeer leesbaar neer te schrijven. Een voorbeeld: ‘De Gaulle had strikte normen en waarden en die bleken niet bij veel andere politici aan te slaan. De generaal en zijn vrouw hadden strenge opvattingen over huwelijks- en financiële moraal. Ze ontvingen bij voorkeur getrouwde mensen en liefst mensen die maar één keer getrouwd waren. Ze deden het licht uit, als ze de kamer uit gingen. Zijn opvolgers hadden andere gewoonten en opvattingen. Giscard d’Estaing reed na een nachtelijk amoureus avontuur tegen een melkwagen en nam diamanten aan van keizer Bokassa. Dat kostte hem zijn herverkiezing. Mitterrand grossierde in vriendinnen en maîtresses en liet een van hen met hun beider kind wonen in een overheidswoning. Chirac had zo veel minnaressen dat deze hem onder elkaar ‘Monsieur trois minutes avec douche’ noemden. Hij is veroordeeld voor corruptie die hij als burgemeester van Parijs zou hebben begaan. Sarkozy heeft een voorkeur voor verkeerde horloges en verkeerde vrienden. Zijn derde vrouw heeft een lange lijst van blingblingminnaars, zingt zwoele liedjes en haar naaktfoto’s staan op internet. Het doet de Fransen niet terugverlangen naar de normen en waarden van De Gaulle, maar het leidt wel tot de vraag of door dit alles de waardigheid van Frankrijk niet in het geding komt. In de internationale politiek worden veel van de inzichten van De Gaulle thans meer gewaardeerd dan vroeger. Hij kreeg gelijk met zijn kritiek op de Amerikaanse Vietnam-oorlog. Zijn kritische houding ten opzichte van Israël vindt steeds meer navolging. Zijn kritiek op de positie van de dollar bleek – en blijkt steeds meer – correct. Zijn idee dat Europa geleid moet worden door de regeringsleiders en niet door de Europese Commissie is praktijk geworden. Aldus historicus/schrijver Wesseling aan het einde van zijn boek, dat veel inzicht verschaft over de naoorlogse ontwikkelingen van Frankrijk, een land dat nu zoveel meer is dan het beeld uit de Vierde Republiek met de talrijke regeringswisselingen. Het land is ook meer dan de alpinopet en het stokbrood.
Nacht in Parijs, literaire thriller van Michael Berg. Uitg. The house of books. ISBN 978 90 443 3370 1 (€ 17,95.)
In dit vijfde boek van de in Frankrijk wonende Nederlandse schrijver Michael Berg speelt wederom de journaliste Chantal Zwart de hoofdrol in een verhaal vol intriges, leugens en harde criminaliteit. De auteur heeft als thema van dit wederom lezenswaardige verhaal gekozen voor de actualiteit die in Frankrijk speelt: de presidentensverkiezingen en de seksschandalen die spelen in de Franse politiek met de affaire rond Dominique Strauss-Kahn in het achterhoofd. Wie de Franse politiek volgt, zal menigmaal punten van herkenning ontdekken met de Franse werkelijkheid van de Franse samenleving en de politiek in het bijzonder. In het boek wordt een bekende Franse, op Wilders gelijkende politicus gedood. Chantal Zwart raakt verzeild in de affaire, waarin politie, politiek, onderwereld, seks, Roma-zigeuners en rijke Franse families een rol spelen. Frankrijk van 2012 derhalve. Deze vijfde thriller van Berg leest weer als een trein en is tot aan het einde spannend gehouden. Niet echt nodig lijkt het om de seksscènes steeds explicieter te beschrijven. Het verschijnsel doet zich in de Nederlandse literatuur en lectuur steeds vaker voor, maar is in het thrillerwerk van Berg nauwelijks van enige toegevoegde waarde. Zoals bij eerdere besprekingen van de boeken van Berg gemeld: de serie hoort thuis in de huisbibliotheken van Nederlandse gîtesverhuurders: prima tijdverdrijf voor als het regent of in het zonnetje aan de rand van het zwembad.
Door & Door Parijs, beleef de stad van binnenuit. Sarah Breimer (tekst) en Marina Goudsblom (foto’s.) Kosmos Uitgevers, ISBN 978 90 215 5064 0 (€ 17,50.)
Wederom een nieuw Nederlandstalig boek over Parijs, geschreven door Nederlanders. In de wervende flaptekst lezen wij dat het boek je wegvoert van de gebaande paden en je meeneemt naar het Parijs zoals het werkelijk is. Van de ontspannen sfeer in het Jardin du Luxembourg en de wijnbar waar je je eigen fles kunt laten vullen, naar de kleurrijke, drukke markten waar de Parijzenaars elkaar ontmoeten. Schrijfster Sarah Breimer woonde anderhalf jaar in Parijs en zou meeslepende verhalen kunnen vertellen. En de schitterende foto’s van reisfotografe Marina Goudsblom schetsen de Franse hoofdstad zoals we haar niet eerder zagen. Het is bij raadpleging van het boekje inderdaad een fraai drukwerk geworden van de twee dames, met achterin een handig katern pagina’s met praktische informatie hoe te komen bij de beschreven heerlijkheden van Parijs. Alleszins nuttig, zo’n boekwerkje, dat echter niet echt afwijkt van de gebaande wegen en derhalve ruim aandacht besteedt aan Eiffeltoren, Montmartre, le Marais en soms ook een straatje verder gaat. De beschrijvingen zijn beknopt en handzaam. De fotografie is keurig en hier en daar zelfs heel aardig. Kortom, weer een Nederlands (reis)boek over Parijs na de vele tientallen Nederlandse eerder verschenen (reis)boeken over Parijs. Leuk om te hebben als je naar Parijs wilt gaan of om cadeau te krijgen. Informatief is het werkje alleszins misbaar.
Hemelse toetjes. De twaalf apostelen als inspiratiebron voor 50 bijbelse nagerechten. Renée Vonk. Uitgeverij Kok. ISBN 9789043506342 (€ 14,90.)
In de Provence wordt nog de kersttraditie in ere gehouden van het verorberen van 13 kerstdesserts na de Nachtmis. Er zijn ook gemeentebesturen die de bevolking van het dorp uitnodigen om gezamenlijk van 13 nagerechten te proeven. Het getal 13 verwijst naar de 12 apostelen en Jezus, tezamen gezeten aan het Laatste Avondmaal. De in Frankrijk wonende journaliste Renée Vonk, een bijbelvaste landgenote, schreef een boekje met de ’toetjes van de apostelen’ en nog eens de 13 zoete en 13 hartige nagerechten, te nuttigen als afsluiting van de kerstmaaltijd. Vonk liet zich al eerder door de H. Schrift inspireren en schreef Lekker Bijbels, recepten met de bijbel als inspiratiebron. Je moet er maar op komen. Het nieuwe op de Heiland en diens discipelen geïnspireerde dessertboekje is fraai uitgegeven, mooie foto’s, duidelijk teksten. Ze zullen ook wel lekker zijn, de Kaasrotsjes in de branding (Petrus betekent rots) en de ongelovige Thomassoufflé. Les treize desserts dienen als copieuze afsluiting van het kerstmaal: o.a. Andreas’ chocovijgen, crème brûlée à la Bartolomeus, zomersoesjes voor Mattias, herderstoetje van Jezus, kaasrol van Mattheüs en Simons gevulde tomaatjes. De auteur laat in haar Inleiding nog wel weten dat het kookboek geen bijbelstudie is, geen fundamentalistisch statement, ‘maar gewoon een lekker kookboek.’
Stadsliefde, Scènes in Parijs. Adriaan van Dis (met foto’s van Tessa van der Waals en Frans Toet). Uitg. Augustus. ISBN 978 90 457 0531 6 (€ 19,95).
Adriaan van Dis woonde ruim zeven jaar in Parijs en nog steeds voelt hij zich verbonden met die stad en probeert hij de helft van zijn tijd er door te brengen. Hij huurt er een chambre de bonne, waar een deel van zijn boeken staat en van waaruit hij door de stad wandelt – week in week uit. Hij is er onzichtbaar en verkent wijken waar gewoonlijk geen toeristen komen. Voor hem is Parijs een altijd veranderende stad: gekleurd, verscheurd en vol verborgen geschiedenissen. Hij gaat mee uit boksen met de zoon van zijn werkster uit Sri Lanka, bezoekt het variété met een verlepte danseres, dwaalt met oude getuigen langs beladen adressen en kijkt achter de luiken waar de illegalen werken. Het nieuwe Europa voltrekt zich voor zijn ogen. Van Dis wandelt om het avontuur en doet daarvan verslag in dagboek en verhalen. Het boek heeft een bijzonder uitvoering gekregen: veel detailfoto’s van het Parijse straatbeeld, kleurtjes op de pagina’s en een helaas niet al te duidelijk register ‘om na te wandelen of te fietsen’. Lezers van het glossy Frankrijkblad En France zullen enkele geschiedenissen in de verhalenbundel herkennen. In de Verantwoording schrijft de auteur dat eerder gepubliceerde verhalen flink zijn herschreven. Hoe dan ook, het is een prachtboek geworden. Van Dis kijkt en verwondert zich. En ergert zich ook, aan de Fransen, de Parijzenaars, Frankrijk. Ook houdt hij van het land en diens absurditeiten en onhebbelijkheden. ‘Aan thuis ontvangen doen ze niet echt, tenzij ze getrouwd zijn met een buitenlander. Voor hen blijf ik ook na zeven jaar een vreemdeling. Maar is verhuisde niet naar Parijs om door de Fransen te worden opgenomen, maar om door de stad te worden opgenomen. Ik ben hier vreemdeling tussen vreemdelingen. Aangenaam verloren en dus thuis’. Aldus de laatste regels van het boek.
Question de savoir-vivre. Waarom Fransen uw Frans niet snappen….. Sylvain Lelarge. Uitg. Talen voor Talent. ISBN 978 94 6190 247 4 (€ 15).
De bekende taaldocent Sylvain Lelarge, ook maandelijks op deze website present met nieuwe feiten en weetjes over de Franse taal, heeft zijn boekje een tweede druk laten beleven. Het aantal pagina’s is meer dan verdubbeld met o.a. een mooie fotoreportage over de gebarentaal waarvan de Fransen zich bedienen en nieuwe waarschuwingen aan Nederlanders die zich mondeling wensen uit te drukken in de Franse taal. Het tot boek uitgegroeide verzameling columns kent drie onderdelen: de talrijke valkuilen, waarin een Frans sprekende Nederlander kan vallen met de inmiddels bekende voorbeelden hoe om te gaan met woorden als baiser, chambre, milieu, respectievelijk niet in de betekenis van kussen, kamer en milieu, maar het beoefenen van het ultieme liefdesspel, slaapkamer en onderwereld. Onderdeel twee bevat beschrijvingen van de Franse volksaard, van de typische Franse gewoonten en omgangsvormen die je wel moet kennen als je van plan bent in Frankrijk te gaan wonen. De fotoreportage Handgebaren en handgevaren laat voorbeelden zien van een gesticulerende Fransman die veel informatie verschaft via zijn lichaamstaal. Een rondje maken met duim en wijsvinger om een compliment uit te delen, wordt zeer verkeerd uitgelegd. Het gebaar geeft de kwalificatie nul aan. Al met al een leuk boekje (ook bij de auteur te bestellen), waarvan Francofielen en in Frankrijk wonende Nederlanders baat en plezier bij hebben.100% Zuid-Frankrijk. Ontdek Zuid-Frankrijk in no-time. Frederik Crone. Uitg. mo’media. ISBN 978 90 5767 521 8 (€ 14,95.)
Zuid-Frankrijk is de geur van lavendel, knoflook en kruiden. Het geluid van krekels in de zomerhitte. En de smaak van een frisse pastis onder de platanen. Zuid-Frankrijk betekent zowel Baskische dorpen in de Pyreneeën als droomvilla’s langs de Côte d’Azur. De smalspoorlijn Train des Pignes in de Provence en de duurste auto’s in Saint-Tropez. Surf mee op de golven van de Côte d’Argent en spot filmsterren in Cannes. Aldus de wervende tekst van een nieuw gidsje. In deze nieuwe uitgave van de zgn. 100%-serie (vertaald uit het Deens) biedt deze regiogids actuele informatie over de gewilde toeristische gebieden, zoals Côte d’Azur, Côte d’Argent, de Provence, de Rhônevallei, de Languedoc-Roussillon en de Pyreneeën. In het goed vertaalde en plezierig leesbare gidsje wordt aandacht geschonken aan de belangrijkste bezienswaardigheden van de zo gewilde streken in Zuid-Frankrijk. Er vallen achtergrondartikelen te lezen over de regio’s die ook zijn aangevuld met praktische informatie over het gebied, de cultuur en bijzonderheden. Het boekje staat verder vol met handige tips, plattegronden en reisadviezen. Al met al een handzaam, netjes verzorgd boekje voor de liefhebbers van Zuid-Frankrijk.
Kessekissepasse. Wat gebeurt er? Margriet Weenink. Uitg. Frees Musketeers. ISBN 978 90 484 1881 7 (€ 17,95).
Het Scharrelslakkenfeest en andere Franse verhalen. Charlotte van Es. Uitg. Free Musketeers. ISBN 978 90 484 1965 4 (€ 24,95.)
In de niet aflatende serie Nederlandstalige, in eigen beheer uitgegeven boeken over Nederlandse ervaringen in Frankrijk, is dit boek een welkome aanvulling. Sinds 1985 woont en werkt de auteur in de Franse Auvergne, waar zij en haar man een ruïne kochten. Met hulp van Nederlandse vrienden werd de bouwval bewoonbaar gemaakt. Ze leerde Franse buren, boeren en buitenlui kennen. Met humor en compassie beschrijft ze de Nederlandse klussers en de Franse plattelandsbevolking. Charlotte van Es is erin geslaagd om haar belevenissen en die van haar klussende echtgenoot zonder zweverige flauwekul neer te zetten. Bij het lezen van de verhalen is al snel duidelijk dat Van Es het schrijven in haar vingers heeft; zij is immers tekstschrijver van professie. Zij combineert de beschrijving van kleine gebeurtenissen met die van meer opzienbarende kwesties die Nederlanders tegenkomen bij de confrontatie met de Franse bureaucratie. Het omvangrijke boek is zeer lezenswaardig en bevat nuttige informatie voor een ieder die van plan is in Frankrijk te gaan wonen. Oud-journalist Ger Bouten heeft een fraai vormgegeven wijnboek samengesteld over Nederlanders die in Frankrijk zijn neergestreken om daar professioneel aan wijnbouw te gaan doen. De auteur wist 43 portretten te maken van Nederlandse wijnboeren in de bekende wijngebieden van Frankrijk: Beaujolais, Bordeaux, Bourgogne, Languedoc/Roussillon, Loire, Provence, Rhône en de zuidwest-wijnen. Met veel en grote foto’s, duidelijke landkaartjes en praktische informatie is het een mooi boek geworden, dat bovendien prettig leest. Het is interessant om de drijfveren, wederwaardigheden, problemen en successen te lezen van landgenoten die al jaren in Frankrijk in de wijn werkzaam zijn en van de Nederlanders die pas onlangs een wijngaard hebben gekocht. Het wordt niet duidelijk gemaakt waarom het ene domein twee pagina’s tekst krijgt toebedeeld – de meeste – en sommige wijnhuizen tien pagina’s. Evenmin verschaft het boek informatie over de kwaliteit van de producten die de Nederlanders op de markt brengen. Wel wordt een indicatie gegeven van de prijzen van deze ‘Nederlandse’ wijnen. Bij het interview met het grote wijnbedrijf van Eric Albade Jelgersma wordt de lezer de journalistieke informatie onthouden dat de onderneming een hoge boete moest betalen wegens het mengen van goedkope wijn in de Margaux-reeks van de châteaux van Albada Jelgersma, oud groot-grutter (Super de Boer, Konmar, Edah.) Voor het overige is het een mooi naslagwerk voor wijnliefhebbers die mooie tochten willen maken door Frankrijk en op hun weg hier en daar ook gaan proeven bij een Nederlandse wijnbouwer. Hoe je de in Nederland bekendste wijnmaker Ilja Gort moet bereiken is niet te vinden. De man van La Tulipe had geen tijd om medewerking aan de totstandkoming van het boek te verlenen.
Het domein. Een jonge vrouw, een oude wijngaard, een nieuw leven. Lidewij van Wilgen. Uitg. De Bezige Bij. ISBN 978 90 234 5860 9 (€ 18,90.)
Vivre comme Thieu en France. Frans Taaleigen en Nederlandstaligen. Thieu Creemers. Uitg. Free Musketeers. ISBN 978 90 484 1918 0 (€ 18,90.)
In de reeks boeken en boekjes, geschreven door Nederlanders over het mooie en moeilijke van de Franse taal, is een nieuwe toegevoegd. De sinds 1999 in Zuid-Frankrijk wonende gepensioneerde leraar Frans Thieu Creemers schreef artikelen in het Magazine van de Nederlandse Club aan de Côte d’Azur en heeft deze na bewerking gebundeld in een boek. Het is een goed en nuttig boek geworden. Weliswaar komen we ook in dit werk de overbekende voorbeelden tegen die ook in de andere werkjes steeds ten tonele worden gevoerd, zoals de Nederlandse minister van Milieu die zich in Frankrijk presenteerde als de minister van de onderwereld en niet als de bewindsvrouw van l’Environnement. Baiser is kussen, leerden wij op de Nederlandse middelbare school. Niet dus. Het boek van Creemers bevat talrijke voorbeelden uit het dagelijkse spraakgebruik en legt de valkuilen bloot. Leerzaam is ook de grammaticale uitleg die vrij veelvuldig als toelichting wordt geboden. Mooie opfrissers zijn die explicaties. Het is allesbehalve een droog lesboek geworden. Een aanrader voor eenieder die in Frankrijk woont of er regelmatig vertoeft.
Ik bouw een vakantiehuis. Gids voor het ontwikkelen en bouwen of verbouwen van een vakantiehuis in Frankrijk. Paul Corbey. Uitg. Free Musketeers. ISBN 978 90 484 1872 5 (€ 17,95.)
Auteur ir. Paul Corbey, afkomstig uit de bouwwereld, bouwde met zijn vrouw en vrienden een vakantiehuis in Frankrijk en heeft het voorbereidings- en bouwproces daarvan te boek gesteld. Aan de hand van een ‘voorbeeldhuis’ beschrijft hij het traject vanaf het eerste idee tot aan de uitvoering. Aan de orde komen zaken als woonwensen, kopen van de grond, bestemmingsplan, de techniek, planontwikkeling, uitvoering en nazorg. Het vlot geschreven werk met informatie voor de francofiel met twee rechterhanden is voorzien van 24 technische tekeningen van het voorbeeldhuis, met daarnaast nog ruim 30 andere verduidelijkende illustraties. De auteur komt tot de conclusie na zijn Franse ervaringen dat het zelf (ver)bouwen goed mogelijk is en bovendien bevredigend en financieel aantrekkelijk. Het boek kan een nuttig aanvulling zijn op de detailinformatie die op de website is te vinden over de Frans bouwprocedures en het betere klussen in Frankrijk.
In Statu Nascendi, kroniek van een familiegeheim. Bert Blase. Uit. Publièra. ISBN: 9789080779426 (€ 13,95).
In Statu Nascendi is een familiegeschiedenis, geschreven door Bert Blase, sinds enige jaren burgemeester van Alblasserdam. Hij beschrijft in zijn vierde boek de levens van twee broers. De jongens groeien samen op, maar hun volwassenheid verschilt hemelsbreed. Chris raakt onder invloed van verdovende middelen, zwerft rond in zijn verwarde geest en slijt zijn dagen binnen de poorten van het psychiatrisch ziekenhuis. Bernard volgt zijn verliefde hart naar Frankrijk, is succesvol als ondernemer en met zijn vernieuwende ideeën geeft hij stem aan de nieuwe Franse generatie, zo luiden de wervende teksten van de kant van de uitgever. Het aardige van het qua inhoud niet echt noodzakelijk boek voor francofielen is de gebruikmaking van de multimediale-interactieve middelen, die soms interessante aspecten van het Franse leven laten zien. Uitgever Publièra Publishers laat het ‘belevingsboek’ in een papieren en digitale versie uitkomen, geschikt voor ipad- en e-reader. De roman bevat links naar (YouTube) filmpjes van plaatsen, personen, muziek en gebeurtenissen die er een rol in spelen. Een selectie van foto’s is in de roman opgenomen. De auteur en zijn publiek wisselen via een website (www.instatunascendi.nl) en Twitter-account (@BertBlase, hashtag #instatu) met elkaar van gedachten. Aan het einde van het boek beschrijft de auteur enkele alleszins lezenswaardige verschillen tussen Nederlandse en Franse eigenaardigheden.
Parijs, Couleur Locale, Wandelend door onbekend Parijs. John H. Boom, Berber Boom. Uitgeverij Boom. ISBN 97894610511 72 (€ 19,50).
In 2000 verscheen de eerste druk van het wandelboekje voor Parijs van de hand van de Parijskenner Johan H. Boom. In deze herziene nieuwe editie heeft dochter Berber het werk van haar vader voorgezet. John Boom – hij overleed vorig jaar op 90-jarige leeftijd – woonde elk jaar een maand in Parijs en beschreef en tekende wat hij interessant vond. Geen Eiffeltoren of Sacré-Coeur, maar de passage Véro-Dodat, het Canal Saint-Martin en de Rue Saint-Julien-le-Pauvre. Het is een leuk boekje geworden met de tekeningen en ook de niet onaardige aquarellen bij de verhalen en verhaaltjes over bijzondere plekken van de Franse hoofdstad. Het is geen reisgids, maar aanmoedigingslectuur om Parijs eens van een andere kant te bekijken. Wandelend en rustig kijkend. Vader Boom en zijn dochter spraken ook met de bewoners, de winkeliers en de clochards. Berber heeft enkele hoofdstukken toegevoegd en sommige oudere hoofdstukken geactualiseerd. Het is een handig boekje om boeiende wandelingen uit te stippelen, door de talloze parken, oude buurten, bijzondere straatjes, huizen en musea. Een nuttig en plezierig boekje.
Hôtel du Lac. Literaire thriller van Michael Berg. Uitg. The house of books. ISBN 9 789 0443 29869. (€ 17,95).
De in Frankrijk wonende en werkende auteur Michael Berg heeft een vierde literaire thriller het licht doen zien, die zich wederom vooral in Frankrijk afspeelt. In Hôtel du Lac speelt de journaliste Chantal Zwart dit keer geen rol, maar worden nieuwe Nederlandse personages ten tonele gevoerd in een spannend verhaal dat zich via terugblikken van plaats (Nederland/Frankrijk) en tijd (nu/de jaren zeventig) afwisselt. Het duurt vrij lang voordat de schrijver het verhaal echt laat beginnen, maar dan volgen de gebeurtenissen in en rond een gehuurde gîte in de Creuse zich in snel tempo op. Hoofdpersoon is Maarten die in Frankrijk zijn vijftigste verjaardag wil vieren en oude vrienden met hun vrouwen uit Amsterdam uitnodigt. Niet alleen de verjaardag wordt daar gevierd, maar ook maakt de hoofdpersoon bekend dat hij in deze vakantie zal gaan trouwen met een nieuwe vriendin, een mooie zwarte vrouw uit Oeganda waar Maarten werkzaam was. De confrontatie met de Nederlandse gasten is aanleiding voor ontwikkelingen die naar een dramatisch hoogtepunt leiden. Het boek laat zich in één adem uitlezen en voor de liefhebbers van Frankrijk is het daarbij ook in dit boek van Berg weer aangenaam dat het verhaal zich in Frankrijk afspeelt. De zich in Frankrijk voltrekkende thrillers van Berg met Nederlandse invalshoek misstaan niet in de huisbibliotheken van Nederlandse verhuurders van gîtes en chambres d’hôtes.
Emigreren & Ondernemen, 100 x check voor vertrek. Ineke van Staaveren. Uitg. Het Spectrum. ISBN 9 049104460 (€ 14,99, digitaal € 11,99).
Praktische tips en verhalen van Nederlanders die met meer of minder succes zijn geëmigreerd vormen de nuttige inhoud van het boek, bedoeld voor de wat jongere Nederlanders die elders in de wereld hun geluk willen beproeven. In 100 tips, ontleend aan de praktijkervaring van de schrijfster die zelf bedrijven heeft opgebouwd, wordt de emigrant in spe gedrukt op de harde feiten van het verhuizen en het opzetten van een bedrijf in een vreemd land. De interviews, veelal met mensen die zich storten in de onvermijdelijk bed&breakfast-avonturen met schilder- en yogacursussen, leiden niet tot een onmiddellijke aandrang om de koffers te pakken. En dat is maar goed ook, want emigreren én een bedrijf starten in een vreemd land, vergen gezond verstand, geld en doorzettingsvermogen. Het boek staat vol met goede raadgevingen (maak een businessplan, doe aan communicatie, leer de taal enz.), waaronder een aantal met een hoog ‘open deur’-gehalte. Niettemin is het voor de Nederlanders die weg willen – het zijn er 120.000 per jaar – een handig naslagwerk.
A la Maison. Simon Korving. Free Musketeers. ISBN 978 90 484 1540 3 (€ 17,95.)
Weer een nieuw boek over de belevenissen van Nederlanders die in Frankrijk zijn neergestreken en daar proberen te vertoeven met de lokale bevolking van meestal boeren, eenvoudige ambachtslieden en oude mensen. Korving heeft zijn korte verhaaltjes, die eerder verschenen op het VK-weblog van De Volkskrant, in een boekje gezet. Ze lezen gemakkelijke weg, die korte notities over het dagelijkse leven op het Franse platteland. De altijd jolig en met enige verbazing beschreven ontmoetingen tussen Nederlanders uit de Randstad en de allochtonen à la campagne tonen een wereld van verschil. Maar met vriendelijkheid en regelmatig een goed glas valt best goed samen te leven met de buren en de gasten van de dorpskroeg, zo is de teneur van het boekje. En passant verschaft de auteur informatie over praktische zaken die een Nederlander kan tegenkomen in zijn nieuwe woonland. Nederlanders die van plan zijn in Frankrijk te gaan wonen of er een vakantiehuis te kopen, doen er goed aan het boekje te lezen. Je kunt alvast een voorproefje krijgen van wat je te wachten staat bij de contacten met de Fransen.
Ratjetoe en andere (w)etenswaardigheden uit de Franse taalkeuken. Marion Everink. Uitgeverij Scriptum. ISBN 978-90-5594-740-9. (€ 24,50).
De in Frankrijk wonende schrijfster, bekend van de boeken Meer sjans met Frans!, Luister eens Frans, en Da’s nou Frans, heeft een nieuw boekwerk het licht doen zien, waarin Nederlanders op een speelse manier met het Franse taaleigen bekend worden gemaakt. Dit keer behandelt zij taalkwesties rondom het thema ‘eten’ in Frankrijk. Ook in dit boek – opvallend vormgegeven met talrijke illustraties – legt zij uit wat de Franse eetgewoonten zijn, levert zij hier en daar historische achtergronden, leert wat je als gast wel of juist niet moet doen en hoe de meest gangbare producten in het Frans worden genoemd (een carbonade is geen karbonade). Vlees, vis, groenten, brood, kaas, wijn, dessert, koffie, alles komt aan de orde en wordt op een speelse manier uiteengezet. Ook de bekende en minder bekende struikelblokken in de taal passeren ook in dit taalboek de revue: croquettes zijn geen kroketten, maar hondenbrokken, paprika is geen paprika, maar paprikapoeder, de groente paprika is een poivron. Het boek is in het bijzonder geschikt voor de Nederlanders die (pas) in Frankrijk wonen of er een tweede huis bezitten. De informatie kan deze mensen behoeden voor ongelukjes bij de slager of bij de buren die te eten gevraagd zijn. Wat je niet moet doen is als borrelhapjes de Fransen plakjes stokbrood serveren met daarop brie of pâté. Wat de Fransen zeer vreemd vinden is het aangeboden krijgen van blokjes kaas, haring met roggebrood of bitterballen. Kortom, een leuk en nuttig boek met ook nog tal van vragen om het keukenfrans van de lezer te testen.
Help, een huis in Frankrijk! Bob Latten. Boekscout.nl. ISBN 9 7894 6089 273 8 (€ 19,95).
De titel van dit boekje doet vermoeden dat er voor sores en zwarigheden zijn verbonden aan het bezit van een huis in Frankrijk. Maar dat valt reuze mee, in deze beschrijving van een aankoop- en bouwavontuur van de auteur die in de Limousin samen met een vriend een huis kocht. Een vertelling over de droom van twee zeer goede vrienden, die in 1995 samen een oude boerderij in Frankrijk kopen, meldt de omslag. Ze ontwikkelen een formule om, met de hulp van bekenden, vrienden en collega’s, de boerderij en de bijbehorende enorme schuur te verbouwen. Dat wordt een tour de force, die tien jaar duurt en soms wel bijzondere gebeurtenissen oplevert, zoals tweemaal de teistering van zware stormen. Dergelijke belevenissen grijpen vaak diep in in een mensenleven en sommigen menen daarover een boek te moeten schrijven. In ‘Help, een huis in Frankrijk’, is het aardig gelukt. De dagboekachtige beschrijvingen van het bouwproces en de daarbij opgedane ervaringen met de Fransen zijn vlot opgeschreven. Een verhaallijn of plot ontbreekt. Het is een soort blog op papier geworden, wellicht interessant voor Nederlanders die zich willen informeren over het gaan wonen in Frankrijk.
Parijzenaars. Graham Robb, vertaling Suzan de Wilde. Uitg. Altas. ISBN 9 7890 4509 945 3 (€ 29,95.) Weer een dik boek over een aspect van de geschiedenis van Frankrijk. De Britse auteur schreef eerder boeken over de belangrijkste Franse schrijvers en een voor het grote publiek bedoeld boek De ontdekking van Frankrijk. Nu heeft Robb Parijs onder de loep genomen en begint vanaf 1750 de geschiedenis van deze stad te vertellen. In bijna 500 pagina’s Parijs komt een stoet aan personages en gebeurtenissen voorbij: spionnen, soldaten, geleerden en alchemisten; politiecommissarissen, fotografen en filosofen, overspelige echtgenoten, moordenaars, gevangenen en prostituees. We slaan politieke en seksuele intriges gade en zijn getuige van werkelijke en zogenaamde revoluties, moordaanslagen en executies; we bezoeken ondergrondse gewelven en catacomben, genieten van het uitzicht vanaf de top van de Eiffeltoren, zijn aanwezig bij de opening van de Métro, gaan mee met Hitler op een bliksembezoek aan de Franse hoofdstad. Het prettig leesbare en goede vertaalde boek houdt het midden tussen een geschiedkundig verslag en een leerzame reisgids.
Lusten en Lasten op het Franse Platteland. Kees Brouwer. Free Musketeers. ISBN 978 90 484 1204 4 (€ 16,95).
In 19 korte hoofdstukjes beschrijft Kees Brouwer, wonende in het kalme departement Creuse, 350 kilometer ten zuiden van Parijs, zijn kennismaking en ervaringen met zijn nieuwe leefgebied. De auteur heeft gedurende zijn ruim tien jaar durende verblijf in het dunbevolkte departement rondgekeken en rondgereden en zijn ervaringen en ontmoetingen met de bevolking op een rustige manier beschreven. Het zijn geen spannende en enerverende belevenissen, maar de observaties geven een goed beeld van het leven dat de lokale bevolking heeft geleid en nog steeds leidt. Voor Nederlanders die zich in deze streek willen vestigen is het boekje alleszins aan te bevelen, het geeft hier en daar ook enige praktische informatie. De verhalen, soms wat anekdotisch, schilderen de Creuse zoals het zou moeten in de betere reisgidsen.
Vive la France, samengesteld door Heleen Tichler en Jacques Botermans. Ondertitel: Frankrijk, het land, de mensen en de romantiek. (Fontaine Uitgevers, ISBN 978 94 6054 029 5, € 24,95).
Een aardig boek met nostalgische plaatjes en foto’s van Frankrijk, zoals de Nederlandse vakantieganger in de jaren ’60 van de vorige eeuw het land beleefde. Alle typische beelden van het gewone Frankrijk van weleer komen daarbij royaal aan bod en worden ook beschreven: het Frankrijk van de wijn, het Frankrijk van de kaas, van de routes nationales, het stokbrood, de kastelen langs de Loire, de auto’s traction avant en de 2CV, van de jeu de boules, cognac en pastis. Het is een leuk boek geworden en zeer geschikt als cadeauboek voor francofiele Nederlanders.
De Makelaar. Aris Sanders. Utrechtse Uitgeverijen. ISBN 9789490 893019 (€ 19,95).
Het zich in Frankrijk afspelende relaas van een Nederlandse makelaar aldaar wekt de verwachting dat kennis genomen kan worden van nuttige informatie over het kopen van een huis in Frankrijk. Het boek is echter een roman. ‘Vol zelfspot en humor zet de schrijver deze psychologische roman neer. Met een verfijnde schets van het Franse bestel weet hij de lezer steeds weer op het verkeerde been te zetten en vol liefde schrijft hij over La Franche Comté, waar hij sinds 15 jaar leeft en werkt. Opvallend daarbij is zijn zeldzame opmerkingsvermogen voor de schoonheid van deze streek. Ze wordt met een fluweelzacht penseelstreek neergezet’, aldus de achterflap van de roman. Aldus nieuwsgierig geworden, zet de Nederlandse francofiel zich aan het lezen en wordt na enkele pagina’s inderdaad op het verkeerde been gezet. De 180 dik bedrukte pagina’s bieden plaats aan een zeldzaam onsamenhangend ‘relaas’ van een Nederlandse makelaar in crisistijd die in Frankrijk huizen probeert te verkopen. De auteur, zelf makelaar in Frankrijk, beschrijft zonder schroom zijn ontoereikende kennis van zaken, zijn administratieve onvermogen, zijn contactgestoordheid en vooral zijn luiheid. Er worden veel boeken geschreven door Nederlanders die in Frankrijk zijn gaan wonen. Acht van de tien hadden nooit mogen verschijnen wegens volstrekte overbodigheid. De Makelaar vormt hierop geen uitzondering. Het meest ergerlijke aan het boek is de pretentie van de auteur om op elke pagina literairderig bezig te willen gaan. De samensteller van het boek is geen schrijver, maar een Nederlandse scharrelaar op de Franse huizenmarkt, die ook bij deze eigen uitgave niet is begeleid door een redacteur die de spel- en taalfouten heeft weggefilterd. Het begint al op pagina 1 met de literaire pogingen: ‘In het beginnende licht kleefde de dauw als fijne diamanten aan de grashalmen en in het dal onder me, hing stil een zware mist waaruit schoorvoetend wat witte koeien tevoorschijn kwamen’. Ilja Gort is ook zo’n auteur die meent stilistisch te moeten bijdragen aan het informatieve welbevinden van francofiele Nederlandse wijndrinkers. Maar om hem kun je nog lachen.
De Ronde van Gallië, culinaire en historische ontdekkingsreis door Frankrijk, een historisch reisverslag geschreven door journalist en historicus Jeroen Thijssen. Uitg. Nieuw Amsterdam. ISBN 9789046807088 (€ 17,95). In dit zeer aardige boekje is een Ronde van Frankrijk beschreven in het voetspoor van Asterix en zijn menhirdrager Obelix. Aan de hand van het stripboek van Uderzo en Goscinny is de auteur zelf op reis gegaan langs de genoemde plaatsen en ging daar op zoek naar regionale culinaire geneugten. Met veel fantasie en schrijfplezier is de reistocht neergeschreven en leidde tot veel lezenswaardige informatie over de specialiteiten in de bezochte steden als Rouen, Parijs, Cambrai, Reims, Metz, Lyon, Nice, Marseille, Toulouse, Agen en Bordeaux. Deze ronde van Frankrijk start in Het Dorp in Normandië, de vermoedelijke woonplaats van Asterix en Obelix. Het reisverslag staat vol van de worsten, kazen, hammen, eenden en al het aangename dat de Franse regio’s te bieden hebben. Een leuk boek voor in de zomer.
De nieuwe Wijn survivalgids, een handleiding tegen foute wijn, katers en ander wijnverdriet. Met wijnweetjes en geheime wijnboerentips. Ilja Gort. Uitg. A.W. Bruna. ISBN 9789022998649 (€ 10.)
In deze herziene uitgave is deze Nederlandse, inmiddels bekende wijnboer Ilja Gort (ander boek ‘Leven als Gort in Frankrijk’) erin geslaagd een helder boek te schrijven voor wijnliefhebbers die hun basiskennis nog eens willen toetsen en zelfs willen uitbreiden met de tips die Gort de lezer biedt. Vrijwel alles komt aan de orde: wat is wijn? wat is nou eigenlijk ‘kurk’? wanneer drink je wit? Verder informatie over oogstjaren, temperatuur, het lezen van een etiket, de wijnkelder, katers. De informatie is in de onnavolgbare stijl van de château-eigenaar geschreven (‘In wezen zijn er maar twee soorten wijn, lekkere en vieze’), dit keer niet geforceerd grappig, maar prettig leesbaar. Het is ook wel duidelijk dat de auteur, ook bekend als componist van reclame-tunes, verstand van wijn heeft. De verdienste is voorts dat hij de Franse wijnen vergelijkt met de talrijke wijnen uit de ‘nieuwe’ wijngebieden. Dat maakt de beschrijving wel zo compleet. Gort houdt ook zelf erg veel van wijn, zo steekt hij niet onder stoelen of banken. De enormiteit in zijn raadgeving: ‘drie glazen per dag voor een man’ zij hem dan ook vergeven.
Joie de vivre in de Provence. Madonna Leurs. Uitg. Free Musketeers. ISBN 9 789048 4987 19 (€ 16,95.) In 1979 streek het kunstenaarsechtpaar Jos en Madonna Leurs neer in het pittoreske dorpje Seillans in het zuiden van Frankrijk. Als bohemiens trekken zij regelmatig het land door om op locatie te gaan werken. Op deze ‘Tour de Leurs’ komen zij in veel bijzondere situaties terecht. Madonna besloot tot het schrijven van een verhalenbundel. Alle belevenissen daarin berusten op werkelijkheid. Verhalen over de mentaliteit van de Fransen, over Nederlanders in Frankrijk en de gewoontes van dit land. Het boek onderscheidt zich in positieve zin van de zo vele andere boeken die Nederlanders menen te moeten schrijven over hun ervaringen in Frankrijk. In ruim 40 beschrijvingen komen persoonlijk zaakjes aan de orde, maar ook confrontaties met de Fransen en hun overheidsinstellingen. Leurs neemt geen blad voor de mond, en beschrijft soms huiveringwekkende situaties die zeer vreemd voorkomen voor Nederlanders, maar bij de Fransen zelf geen verbazing wekken. Beeldend is de beschrijving van een ‘arrestatie’ na een verkeerscontrole. Frankrijk is op dit punt volstrekt middeleeuws. Als verkeersovertreder word je als een gevaarlijke criminieel beschouwd en de onverschilligheid van ambtsdragers is daarbij tergend. Leurs beschrijft het adequaat. Dat doet zij ook met het verhaal over een Franse crematie, waarbij wederom blijkt dat de cultuurverschillen tussen bijvoorbeeld Nederland en Frankrijk opmerkelijk zijn. Nederland wint het in dit opzicht op tal van punten grandioos. Niet alle hoofdstukjes zijn interessant. Niettemin toch een niet onaardig boekje, ook hier weer in eigen beheer uitgegeven met derhalve de vrij talrijke ongecorrigeerde spel- en grammaticafouten.
Een echte vrouw. Literaire thriller. Michael Berg. Uitg. The House of Books, ISBN 9 789044 3258 43 (€ 17,95). Dit is alweer de derde thriller van de hand van de in Frankrijk wonende Nederlandse schrijver Michael Berg (zie elders in deze rubriek). Ook dit boek speelt zich evenals Twee zomers en Blind vertrouwen af in de streek rond Limoges. De hoofdpersoon is wederom de radiojournaliste Chantal Zwart. Een mistige avond in een voorstadje van Limoges. Tijdens het uitlaten van zijn hond wordt Christophe Bourdes, baas van Radio Limousin Populaire, doodgereden. De politie gaat uit van een ongeluk en zoekt de voortvluchtige bestuurder. Chantal Zwart, een eenendertigjarige journaliste, heeft haar twijfels en start haar eigen onderzoek. Wanneer ze in het verleden van haar chef duikt, stuit ze op een ander onopgehelderd sterfgeval. De speurtocht van Chantal leidt naar een streng katholiek jongensinternaat waar destijds een medescholier van Christophe onder mysterieuze omstandigheden is verdwenen. De thriller behandelt ook een actueel thema: misbruik op een katholiek jongensinternaat. Berg zat zelf eind jaren zestig op een Limburgs jongensgymnasium waar pater de scepter zwaaiden. Het boek biedt nog een tweede verhaallijn, waarin aanvankelijk dagboekfragmenten van een nog onbekend personage tamelijk raadselachtig zijn. In de loop van de verhalen wordt alles duidelijk. Een goed geschreven Nederlandse thriller, zich afspelend in de Franse provincie met af en toe een uitstapje naar Parijs.
Quartier Heleen, Berichten over het nieuwe leven van een Hollandse Parisienne. Heleen Beaart. Uitg. Artemis & Co. ISBN 9 789047 20 120 5 (€ 16,95.) Volkskrant-journalist Heleen Beaart zegt na lang aarzelen haar baan op om met haar echtgenoot in Parijs te gaan wonen. Haar man wordt daar correspondent voor dezelfde krant. Heleen werkt na de verhuizing niet in een baan, maar verkent Parijs, voedt haar twee jonge kinderen op, leert Frans en krijgt contacten met andere Parijzenaars. De familie woont in het tiende arrondissement en ontdekt langzaamaan hoe het dagelijkse Parijse leven zich voltrekt. Het is alles net een tikje anders. Alle bekende ervaringen passeren ook in dit Nederlandse boek over Frankrijk de revue: het taalprobleem, betalen met cheques, het schoolsysteem, hoofdmaaltijd tussen de middag, de vermeende arrogantie van de Fransen/Parijzenaars. Nog tal van andere zaken komen bij de beschrijving van haar persoonlijke leven aan de orde en schrijfster Heleen Beaart slaagt erin het allemaal goed leesbaar op te schrijven. Hier en daar wat in een weblogstijl, maar voor het overige een vlot boek dat nuttig kan zijn voor wie langere tijd in Parijs zal vertoeven.
Huis in Frankrijk. Nederlanders en hun maison de campagne. Tracy Metz met foto’s van Theo Baart en Sake Elzinga. Uitg. Nai Uitgevers. ISBN 978 90 5662 731 7 (€ 29,50.) Een zeer bijzondere uitgave, dit met fraaie foto’s rijk geïllustreerde werk over het fenomeen van het Franse tweede huis in het bezit van Les Bataves. Op initiatief van Kasteel Groeneveld, buitenplaats voor stad en land van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, ging journalist Tracy Metz naar twaalf Nederlandse tweedehuisbezitters en liet hen vertellen over hun beweegredenen om enkele maanden per jaar in hun Franse optrek te vertoeven en min of meer te verkeren met de Fransen uit hun directe omgeving. Theo Baart en Sake Elzinga maakten er bijzondere foto’s bij die een zeer gevarieerd beeld bieden van de goede smaak of ijzingwekkende smakeloosheid bij de verbouw en inrichting vanal die opgekochte Franse huizen op het Franse platteland. Het kloeke boekwerk wordt verder nog verluchtigd met gedichten van Nederlandse poëten over hun Franse ervaring, uitgekozen door de zelf ook in Frankrijk wonende Rudi Wester, oud-directeur van het Institut Néerlandais in Parijs. De auteur levert tussen de foto’s en de soms opmerkelijke interviews, een uitvoerige beschrijving van de ontwikkelingen van het tweedehuizenbezit in Frankrijk door buitenlanders, over het aanbod, de prijzen, de favoriete gebieden. Erg recent is het geboden cijfermateriaal niet, maar de laatste marktontwikkelingen (de Britten kopen even geen Franse huizen, de prijzen zijn nu stabiel) komen nog wel aan bod.
Parijs denkt. Een Republiek tegen de wereld. Marijn Kruk. Uitg. Boom. ISBN 978 90 8506 451 0 (€ 19,90). Intellectuelen en intello’s laten nog steeds van zich horen in het politieke en publieke debat van de Franse samenleving. Ze doen dat vooral vanuit Parijs, toch nog steeds de stad met de prestigieuze denkinstituties die de beginselen van eenheid en gelijkheid uitdragen en daar vooral ook veel vraagtekens bij zetten. De Nederlandse historicus Marijn Kruk heeft ook filosofie gestudeerd in Parijs en treedt daar op als correspondent voor o.a. Trouw en De Groene Amsterdammer. Kruk weet waarover hij schrijft en doet dat soms wat academisch. De leesbaarheid lijdt daar niet echt onder, integendeel. Hij beschrijft vanuit historisch perspectief de hedendaagse worsteling waarmee Frankrijk kampt in de globalisering van de wereld. Het land kan nog niet echt meekomen in deze onomkeerbare ontwikkelingen. Er leven nog steeds communisten, trotskisten en andere extreem-linkse splinters. President Mitterrand nationaliseerde grote ondernemingen, terwijl in de rest van Europa de liberalisering op gang kwam. De almacht van de staat brokkelt af, waarbij de huidige president Sarkozy alomtegenwoordig is om het land te hervormen en te bevrijden van het starre overheidsdenken. In kranten, tijdschriften, boeken en op universiteiten en elitescholen wordt voortdurend gediscussieerd. De populistische, zich filosoof noemende Bernard-Henry Lévi, schrijft boek na boek en treedt in trendy outfit op bij praatprogramma’s op de Franse televisie. De scheiding van kerk en staat, de islam, mei ’68, het latente kolonialisme, de genoemde globalisering, de Fransen, in het bijzonder het nieuwe intellectuele milieu, vinden het prachtig om erover te spreken, te schrijven en te lezen. Parijs denkt beschrijft dat alles deskundig en met een matig mededogen: ‘Er wordt in Parijs voortdurend gescholden op niveau. Maar dat kan makkelijk doorschieten in abstract gezever.’
Vanuit mijn raam gezien. Franse verhalen. Henk Romijn Meijer. Uitg. Augustus. ISBN 978 90 457 0188 2 (€ 18,90). Kenner van het oeuvre van de Nederlandse schrijver Gerben Wynia koos samen met Elizabeth Mollison de mooiste verhalen uit Bon voyage, Napoléon. Daarnaast bevat de bundel vijf verhalen die niet zijn opgenomen in Alle verhalen tot nu toe en een verhaal dat nooit eerder werd gebundeld. In 1964 kochten Henk Romijn Meijer (1929-2008) en zijn vrouw Elizabeth Mollison, een huis in Le Roc, een dorp in de Dordogne. In deze streek situeerde Romijn Meijer veel van zijn werk waaronder de roman Mijn naam is Garrigue. De in Vanuit mijn raam gezien gebundelde verhalen bieden een tamelijk beklemmend beeld van de Fransen in het diepe Frankrijk. De stereotypen gelden de plattelandsbevolking uit de laatste decennia van de vorige eeuw. De beschrijvingen van het benauwde dorpsleven komen ook nu nog overeen met het werkelijke leven in sommige delen van het land. Met wat humor en mededogen, maar ook met onverholen ergernis soms zet Romijn Meijer de types neer. En dan blijkt ij verdere lezing dat de observaties niet specifiek de Franse dorpsbevolking betreffen, maar universeel zijn. Het is slechts ’toevallig’ dat de waarnemingen zijn gedaan en opgeschreven in Frankrijk, de geliefkoosde plek van de auteur. Niettemin schetst hij een goed beeld van het het ADSL-loze leven van Franse mensen die met elkaar moeten trachten te leven.
Door een Hollandse Winter, De predikant, De hofdame en de Revolutie van 1795. Caroline Hanken. Uitg. Augustus. ISBN 978 90 457 0147 9 (€ 19,90). Een vlot geschreven boek over de bezetting door het Franse leger onder leiding van generaal Pichegru van de Republiek der Verenigde Provinciën. Aan de hand van dagboekaantekeningen van dominee Kist in Zaltbommel beschrijft de auteur welke roerselen de bevolking bewegen nu het Franse Armée du Nord vanuit het zuiden in aantocht is en de grote rivieren wil oversteken. De patriotten juichen de komst van harte toe, de aanhangers van de stadhouder zoeken een veilig heenkomen. In dezelfde periode vluchten Franse émigrés voor hun landgenoten, die na de Revolutie meedogenloos optreden tegen de adel en aanhangers van de onthoofde koning Lodewijk XVI. Gravin De Neuilly wordt gevolgd op haar barre vluchttochten door het bevroren Holland, op zoek naar een veilige plaats. En dan eindelijk wordt de Bataafsche Republiek gesticht, de Bataven krijgen hun onafhankelijkheid en worden geen Franse onderdanen. De geschiedschrijver uit die periode blijkt niet veel op te hebben gehad met de Nederlanders en noemt een eventuele annexatie niet echt een verrijking. Beter zou zijn, aldus de door Hanken geciteerde ‘journalist’ van eertijds, om die Nederlanders te laten emigreren naar Frankrijk om er te worden verdeeld over onze departementen om de leegten onder onze bevolking op te vullen. ‘De Zeven Provinciën die gedurende eeuwen door nijvere en slimme manmen aan de golven zijn onttrokken, zullen we daarna weer teruggeven aan de zee.’ Caroline Hanken, antropoloog en docent cultuurgeschiedenis, heeft een interessant en vooral leesbaar boek geschreven over het samenkomen van de Franse en de Bataafsche Revolutie.
Nachtlied van een wandelaar. Martin Thijssen. Uitg. Deamer Media Publishing. ISBN 978 90 808 597 4 6 (€ 15). Tegelijkertijd met dit nieuwe boek is ook een tweede herziene druk van Thijssens in 2004 verschenen debuutroman Moord in de schaduw van de Ventoux uitgekomen. Het tweede boek speelt zich ook in de contreien van de Ventoux af. In het Provençaalse dorpje Bedoin wordt een jonge alleenstaande vrouw op beestachtige wijze vermoord. De afgrijselijke moord lijkt een afrekening die te maken heeft met haar verleden als topjournaliste bij de landelijke krant linksige Libération. Meer moorden volgen. Marcel Duval van de Police Judiciaire in Avignon krijgt aanvankelijk geen greep op de zaak, totdat hij een verbijsterende ontdekking doet… Aldus de achterflap van deze detectiveroman. Wie van dit genre houdt, kan veel spanning beleven en ondertussen ook de nodige cultuur opsnuiven (het Faust-fenomeen van o.a. Goethe – vandaar de titel naar een gedicht van Goethe). Ook in dit tweede boek biedt Thijssen, verweven met het misdaadverhaal, de lezer inzicht in een aantal zwarte of zijn minst duistere bladzijden uit de recente, Franse geschiedenis. Dat alles bijeen maakt het de moeite waard om het boek bij een knappend haardvuur te consumeren. De ontknoping van de geschiedenis met elementen van de Mossad, olie en Irak en nog meer, is voor een niet-geoefende detectivelezer knap ingewikkeld. Voor Frankrijkliefhebbers is het aardig om en passant ook elementen van het Franse daagse leven tegen te komen.
De smaak van Frankrijk. De regionale keuken van Frankrijk & De regionale wijnen van Frankrijk. Tekst en fotografie Erik Spaans. Kosmos Uitgevers/Immerc. ISBN 90 6611 754 0 (€ 49,95). Twee prachtig uitgevoerde boeken in een cassette over het mooiste op het gebied van het Franse eten en drinken. Erik Spaans is al meerdan 20 jaar een internationaal bekende wijnfotograaf die zich de laatste jaren ook heeft toegelegd op foodfotografie. In De regionale Keuken van Frankrijk neemt hij de lezer mee naar de belangrijkste culinaire plekken van Frankrijk en geeft hij duidelijk uitleg over gerechten van 13 verschillende Franse topchefs. Bovendien zijn de gerechten voorzien van deskundig wijnadvies door professionele sommeliers. Voor de wijnliefhebber wordt door het hele boek voor nadere uitleg verwezen naar De regionale Wijnen van Frankrijk, waar de streken, de smaken, de druiven en alles wat men rondom wijn kan beleven, wordt uitgelegd. Een fraai duo van twee boeken. Het ene over de Franse wijnstreken met luchtige tekst en zeer verzorgde fotografie en typografie, het andere over gerechten die altijd al in dezelfde streek werden gemaakt. De twee boeken vullen elkaar aan, maar kunnen ook los van elkaar bestaan.
Blind vertrouwen. Michael Berg. Uitg. The House of Books. ISBN 978 90 4432 266 8 (€ 10).
Dit is de tweede thriller van Berg. Eerder verscheen Twee zomers, een zich in de Limousin afspelende geschiedenis van de Nederlands/Franse radiojournaliste Chantal Zwart. Ook in deze tweede vrouwenthriller is de jonge alleenstaande Chantal de hoofdpersoon in een wederom vlot opgeschreven verhaal dat zich voltrekt op het Franse platteland rond Limoges. De radiovrouw interviewt een Nederlandse schrijver/schilder die na zijn Nederlandse zaak goed verkocht te hebben, zich in Frankrijk vestigt met zijn beeldschone Tamara. De schrijver blijkt een arrogante man die met dédain schrijft over de Franse bevolking in zijn leefomgeving. Als een passage van het nog te verschijnen boek voor de radio wordt voorgelezen, zijn de poppen aan het dansen in zijn dorp. De lokale caféhouder en zijn kornuiten eisen een verschijningsverbod van het boek. Er volgt een kort geding dat de dorpsbewoners verliezen. Daarna gaan de ontwikkelingen snel en wordt de spanning opgevoerd. Ook dit boek van Berg is prettige lectuur, dat zich laat lezen in een tuinstoel of bij de open haard.
VerhalenderWijs, Mijn leven in Frankrijk. Daniëlle van Duijn. Uitg. Soleil sud. ISBN 978 90 798 9301 0 (€ 17,50). De schrijfster legt de titel van haar boek als volgt uit: De titel staat voor verhalen waarin te lezen is hoe ik door het wonen in la douce France steeds wat wijzer ben geworden. Over mezelf, het buitenleven, het volk, het land, de verschillen met Nederland en het leven in het algemeen. Het is daarmee een flink boek geworden van bijna 300 pagina’s dat in chronologische volgorde een beeld geeft van de belevenissen van een emigrante en haar vriend, in mei 2000 naar de Dordogne verhuisd. Alles komt aan de orde, zoals in al veel andere Nederlandse boeken over het gaan wonen in Frankrijk is geschreven. Het eerste deel van het boek is tamelijk slaapverwekkend met weinigzeggende beschrijvingen van persoonlijke zaken in en rond het huis, de contacten met de buren, het runnen van een camping en gîtes, het zoeken naar werk. Ook hier druk, druk, druk. Het weinig vermeldenswaardige past beter in een weblog, vooral bedoeld voor familie en vrienden in Nederland. De volhoudende lezer wordt halverwege toch ietwat beloond doordat er zowaar iets gebeurt: de hoofdpersoon wordt verliefd op een aantrekkelijke autochtoon en besluit vervolgens te breken met Kevin, haar Nederlandse vriend. Het relaas over hoe het leven in de Dordogne als alleenstaande jonge vrouw verder verloopt is lezenswaardig. Er komt een nieuwe – Nederlandse – man en later wordt zelfs zoon Gaël geboren. In de laatste hoofdstukken wordt het toch nog een Frankrijkboek met tal van aardige weetjes over het daagse Franse leven. Van Duijn beschikt als amateurschrijfster over een toegankelijke schrijfstijl, soms met een wat Libelle-achtige toon. Ronduit ergerlijk is het geworstel met de d’s en de t’s bij de vervoeging van Nederlandse werkwoorden. Het nobele vak van corrector/redacteur wordt bij kleine uitgevers kennelijk niet meer beoefend. De schrijfster heeft inmiddels laten weten dat bij de nieuwe druk alle fouten zullen zijn verwijderd.
In Parijs. Olivier van Beemen. Uitg. Balans. ISBN 978 94 600 3196 0 (€ 17,95). Kort na de eeuwwisseling verschenen twee journalistiek interessante boeken over het nieuwe Frankrijk dat hard op weg is zich te ontwikkelen tot een moderne natie: Frankrijk achter de schermen van Marc Chavannes en Het gedroomde Paradijs van het duo Cees van Lotringen en Maurice Bood. Goed geschreven en goed gedocumenteerde boekwerken die toentertijd een eerlijk beeld schetsten van Frankrijk. Deze zomer verscheen weer een door een journalist geschreven boek over het Frankrijk, nu handelend over de ontwikkelingen in het eerste decennium van de 21e eeuw, geschreven door de jeugdige Parijse correspondent van Het Financieele Dagblad, Elsevier en de regionale dagbladen van persbureau GPD. Olivier van Beemen combineert de persoonlijke beschrijving van zijn ervaringen als beginnend journalist (2002) in het grote Parijs met zijn waarnemingen over de ontwikkelingen in de Franse republiek. En deze zijn talrijk. Van Beemen beschrijft een interessante periode in de maatschappelijk en politieke omwentelingen die gaande zijn in het land van camembert, wijn en stokbrood. Het is voor een Frankrijkboekenrecensent een verademing om in de schier eindeloze stroom van neergepende boekjes met Franse belevenissen van Hollandse emigranten, weer eens een gedocumenteerd en actueel werk te lezen over dat merkwaardige Frankrijk. Wie langer in Frankrijk woont, zal met instemming de constateringen van Van Beemen tot zich nemen: het gaat nog niet goed met Frankrijk. Het is een prachtig land, maar cultuur en mentaliteit van burgerij en overheid stemmen met te grote regelmaat niet tot grote vreugde, althans gezien vanuit Nederlands standpunt. Van Beemen biedt een goed overzicht van het Frankrijk van nu met zijn Sarkozy, zijn banlieues (de auteur beschrijft de ranselpartij die hem bij een bezoek aan zo’n wijk pijnlijk trof), zijn stakingen, zijn opstandige studenten, zijn bureaucratie, zijn Le Pen en nog zo veel meer. Van Beemen heeft een goed en prettig leesbaar boek geschreven met vermelding van feiten die ook allemaal kloppen. Ook dat is een verademing.
www.inparijs.nl
De Achteruitrijvogel, Belevenissen van een Nederlandse wijnboerin in Zuid-Frankrijk. Marit le Noble. Uitg. Tirion. ISBN 978 90 4391 309 6. (€ 14,95). De auteur heeft na haar eerste boek Sprong in het diepe, nu haar latere belevenissen met de wijnbouw en het ontvangen van gasten voor de gîtes en de tenten te boek gesteld. Het is wederom een aardig boekje geworden over tien jaar leven en ploeteren in Zuid-Frankrijk temidden van mee- en tegenwerkende autoriteiten, dommige burgemeesters, vriendelijke Fransen, vervelende Fransen. Na veel sloven is het de hoofdpersoon en haar echtgenoot gelukt om het wijndomein een succes te laten worden en het de vele toeristen naar de zin te maken. Je leest het boek soms zuchtend door: waar haalt die vrouw de energie vandaan met man, twee opgroeiende meiden, paarden, ezels, wijnboeren, gasten. Is het vol te houden? Het antwoord op de vraag wordt niet gegeven. Teruggaan naar Nederland met zijn regen en files, maar met de herkenbare roots? De passages in het boek over de wijnmakerij zijn boeiend geschreven en geven een mooi beeld van wat er achter de schermen komt kijken om een goede wijn te maken. In tegenstelling tot wat de schrijfster meldt, heb je al jaren geen verblijfsvergunning meer nodig, is zaterdag geen schooldag meer en kunnen buitenlanders wel degelijk meestemmen bij Franse gemeenteraadsverkiezingen. Voor het overige is het een lezenswaardig werkje geworden, dat zeker ook voor toekomstige Frankrijkgangers nuttige en aardige informatie biedt.
Cuisine. 1000 klassiekers uit de Franse keuken. Françoise Bernard. Uitg. Lannoo. ISBN 978 90 209 8440 8 (€ 49,95). Een enorme kookbijbel met inderdaad 1000 recepten uit de Franse keuken, vertaald in het Nederlands en toegankelijk voor niet-chefs. Het werk is verluchtigd met 500 paginagrote foto’s van soep tot dessert, van bouillabaisse tot tarte tatin. Aan het eind van het 1100 pagina’s tellende boek biedt een uitgebreide bijlage nuttige informatie om de beste ingrediënten te kopen, de geschikte wijn uit te kiezen en de keuken goed uit te rusten. Als het om typisch Franse gerechten gaat, staan de namen er ook bij. Amateurkoks kunnen zich wagen aan de bereiding van fondue bourguignonne, kip vallée d’auge, coq au vin, sole meunière, île flottante, millefeuille, poires belle hélène. Minpuntje van dit werk is dat erg veel is vertaald, zodat je niet de Franse namen te weten komt van de gebruikte ingrediënten. Wie dus in Frankrijk woont, zal een woordenboek nodig hebben om de spullen in de winkel te kopen. Françoise Bernard schrijft in haar voorwoord dat al haar eenvoudige recepten nu opnieuw zijn geschreven en zijn voorzien van een eenvoudige en heldere uitleg. Dat klopt wel. Elk recept wordt afgesloten met een tip. Zoals bij de bereiding van aardappelen à la bordelaise: het heel korte koken van de aardappelen – voor de eigenlijke bereiding in de koekenpan – voorkomt dat de aardappelen onderin de pan aan elkaar gaan plakken. En dat gaat zo vele honderden pagina’s door. Al met al een zeer opmerkelijke uitgave, die tal van kookboeken en kookboekjes overbodig maakt. Het is daarom onvergeeflijk dat er slordig met de vertaling is omgegaan. Zo wordt het gebruik van 3 peren genoemd bij de bereiding van een pot-au-feu. Peren in een pot-au-feu? Het blijkt om de vertaling van poireau te gaan. Dat is prei. Peer is poire. In de bijlage staan de maten en gewichten verklaard. In de recepten wordt vaak aangeraden om een pot van dit of dat te nemen. Wat het gewicht of de inhoud van het onvertaalde pot is, wordt nergens gemeld.
Het Pernod Gebouw. Alex de Vries. Uitg. De Zwaluw. ISBN 978 90 777 9405 0 (€ 14,95). De auteur schrijft al dertig jaar over kunstenaars in tijdschriften, catalogi en boeken. Van hem is dan nu Het Pernod Gebouw verschenen dat over Frankrijk handelt. Steeds als hij per auto reisde was hij ter hoogte van het Pernodgebouw aan de Parijse rondweg precies op de helft. Vandaar de titel. Sinds 1996 verblijft hij een paar keer per jaar als gast in het huis van een goede vriend in de Franse Corrèze. Onbekommerd schrijft hij in zijn dagboek over het luchthartige leven in die contreien. Tuinarbeid, wandelingen en het goede leven van met drank besproeide maaltijden zijn aan de orde van de dag. Door de aaneenschakeling van vrijwel steeds dezelfde belevenissen ontstaat een humoristisch en soms hilarisch beeld van het eenvoudige leven van God in Frankrijk. Je leest een dergelijk boek in één ruk uit, ongeveer met een vergelijkbare gretigheid als destijds in wijdere dimensies de reeks Het Bureau van Voskuil. Het zijn steeds weerkerende handelingen met de beschrijving waarvan een indringend en werkelijk beeld wordt verschaft. Wie in Frankrijk woont zal de ervaringen van deze Frankrijkganger met buitengewoon veel instemming tot zich nemen. Voorbeeld: ‘Het is 16:10 uur. Zojuist ben ik teruggekeerd van een tochtje met Kees naar de Ecomarché, waar we voor vandaag en morgen boodschappen hebben gedaan: avocado’s, tomaten, aardappelen, olijfolie, de la hampe, faux filets en nog een ‘onbeschoft stuk rundvlees’, om met Kees te spreken, bier, wijn, spinazie en een worst.’ En dat gaat 173 pagina’s zo door. Heerlijk boek.
De stoptrein naar Parijs.Tekst door Jet Holleman, foto’s van Dolf Middelhof. Uitgeverij KunstMag. ISBN 978 90 75979 19 0 (€ 24,95.) Weer eens iets geheel anders, dit nieuwe boek door Hollanders over Frankrijk. Jet Holleman stapte in Amsterdam op de stoptrein naar Parijs en stapte dus bij elk station en stationnetje uit. Ze fietste daar wat, liep rond in kleine steden, grote steden, dorpen en keek en beschreef. Kijken deed ook fotograaf Dolf Middelhof. In het zeer net vormgegeven boek met is het een plezier om heel ouderwets weer eens vele pagina’s lang zwart/wit foto’s te bekijken van al die bezochte plaatsen in Nederland, België en Noord-Frankrijk. De schrijfster komt al sinds haar zestiende jaar regelmatig in Parijs en reisde een uur of zes, zeven in een rammelende D-trein. In de loop van de jaren werden de reizen korter door de invoering van de hogesnelheidslijn in België en Noord-Frankrijk. En het zal nog sneller gaan als ook Nederland erin slaagt deze lijn in gebruik te nemen. Daarom is de reis naar Parijs nog eens met de stoptrein gemaakt. Beschrijving en foto’s bieden een fraai beeld van strakke stations in Nederland, lelijke dorpen in België en vergane glorie soms in Frankrijk. De beschrijving is niet schokkend, maar geeft een beeld van het alledaagse in de drie landen. Niks bijzonders en dat was de bedoeling ook van auteur en fotograaf.
Parijs retour, literaire reisgids voor Frankrijk. Bart van Loo, Uitg. Meulenhoff | Manteau. ISBN 90 8542 062 8 (€ 19,95). Bart van Loo is al eerder in deze boekenrubriek opgenomen met zijn Als kok in Frankrijk, een smakelijk boek over Frankrijk, eten en drinken en de favoriete gerechten een recepten van de bekende Franse schrijvers uit de negentiende eeuw. Voor wie ook dit jaar in Frankrijk zijn vakantie wil doorbrengen en niet op het klapstoeltje bij tent of caravan wil zitten, is ook het boek Parijs retour van deze Vlaamse francofiele schrijver een aanrader. Aan de hand van reizen per fiets, te voet, per auto en per boot brengt de auteur de lezer naar tal van plaatsen in Frankrijk waar de bekende Franse schrijvers hebben gewoond, geleefd, geschreven, bemind. In de literair gepresenteerde reisbeschrijving kan de actieve, literatuur minnende vakantiegangers de leefsfeer opsnuiven van Victor Hugo, Alexandre Dumas père, George Sand, Honoré de Balzac, Emile Zola, Guy de Maupassant en Gustave Flaubert. Je komt zo in heel Frankrijk, van Normandië tot Parijs, van de Provence naar het midden van Frankrijk. In veel plaatsen zijn nog herinneringen te vinden aan Frankrijks grootste schrijvers en biedt het bezoeken ervan weer eens een geheel andere manier om Frankrijk te leren kennen.
Frankrijk voorgoed, portretten van blijvers. Renate van der Bas, de Boekenmakers. ISBN 978 90 77740 44 6 (€ 16,95). De journaliste Renate van der Bas, zelf al tien jaar wonend en werkend in Frankrijk, klopte aan de deurs bij zes Nederlandse en Vlaamse stellen die langer dan vijf jaar geleden naar Frankrijk zijn verhuisd en daar aan het werk gingen. Als zelfstandige ondernemers in een land waar de cultuur, de onderlinge omgang, de bureaucratie zo verschillen met die van de Nederlandse. Het is bekend dat nogal wat Nederlanders die de stap naar Frankrijk waagden om daar een nieuw werkzaam leven op te bouwen, in veel gevallen weer terugkeren. De plannen waren niet gelukt, de tegenwerkingen waren te heftig. In de zes verhalen biedt de schrijfster een werkelijkheidsgetrouw relaas van de blijvers, mannen en vrouwen die er wel in zijn geslaagd om te overleven. In tegenstelling tot de vaak treurige en gemanipuleerde tv-uitzendingen als Het Roer Om en Ik Vertrek, levert dit boek leesbare praktijkervaringen over hoe het een wijnboer, reclameschrijver/websitebeheerder (inderdaad, Gregor ‘Krek’), handelaar in de raarste zaken, uitbater van een bungalowpark, bedrukker vam T-shirts of eigenaar van een chambre d’hôtes is vergaan. Zij blijven volgens eigen zeggen voorgoed in Frankrijk en hebben leren leven met de verschillen. Zoals de schrijftster het zelf verwoordt in haar nawoord: ‘Minder fijn is de Franse onzakelijkheid. De desinteresse als het gaat om geld: je kan hier niet fatsoenlijk discussiëren over een offerte. Daar is een offerte helemaal niet voor bedoeld. Zo’n discussie over geldzaken geeft ongemakkelijk geschuif op stoelen en dan is ik de Nederlandse directheid. Veel Fransen hebben een probleem met duidelijk communiceren, vinden wij Nederlanders. Op onze beurt zijn wij te confronterend en te weinig subtiel, vinden de Fransen.’ Kortom, een nuttig boek voor wie de stap wil wagen.
Du vin, du pain, du… pindakaas? Hollanders in Frankrijk. Roos Boum. Uitgeverij SWP Amsterdam/Scrivare. ISBN 978 90 8850 034 3 (€ 14,90). In de stoet van boeken die Nederlanders schrijven als zij in Frankrijk gaan wonen, valt dit boek op. De vakkundig en vlot geschreven belevenissen laten Frankrijk zien door een eerlijke Nederlandse bril, zo schreef de beheerder van deze website na lezing van enkele hoofdstukken in drukproef. Bij het lezen van het gehele boek kan deze mening blijven gehandhaafd, zij het dat hier en daar wat kritische kanttekeningen vallen te plaatsen bij de feitelijke beschrijvingen van het leven met de Fransen. Twee nog relatief jonge Nederlanders met welstandigheid en goede banen in Nederland, besluiten het land van Beatrix en Balkenende te verlaten en wagen de stap naar het Franse land. Zij kopen daar iets ouds en vervallens en vinden dat prettig. Veel van wat minder voorbereide Nederlanders beleven als zij in contact komen met de Franse aannemerij, de Franse overheid en de Franse buren, komt in dit boek aan de orde. Ook Nederlanders die al langere tijd in Frankrijk wonen, kunnen plezier beleven aan het kennisnemen van de wederwaardigheden die tal van keren een déjàvu zullen opleveren. Sommige dingen kloppen niet. Zo is er de vertelling dat bij het passeren van de koopakte van het huis de notaris even de kamer verlaat om daarmee partijen de kans te geven contact geld onder de tafel te schuiven. Dat is een sprookje van de vorige eeuw. Notarissen kijken wel uit, er zijn nieuwe strakke regels en overtreding kan hem zijn ambt kosten. Ook het gedoe met de carte de séjour klopt niet meer, een verblijfsvergunning is al jaren niet meer nodig. De schrijfster meldt dat nog wel in het nawoord. Ook het relaas over het inschrijven bij de gemeente met veel paperassen verbaast. Wie als Nederlander in Frankrijk gaat wonen, hoeft zich niet aan te melden. Alleen met schoolgaande kinderen is dat nodig of als je wilt stemmen en inschrijving in het kiesregister nodig hebt. Goed beschreven zijn de ergernissen met de logees die in de eerste jaren je Franse huis plat lopen en veronderstellen dat men in een hotel vertoeft. Ook de contacten met de huisarts, apotheek en het ziekenhuis, zo anders dan in Nederland, zijn vakkundig opgeschreven. Wie na een tijd ‘Frankrijk’ weer eens in Nederland komt verbaast zich over de viezigheid langs de wegen, schreeuwerige kinderen in de supermarkt, botheid van de Nederlander en het jij-en en jou-en van de caissières. De schrijfster constateert terecht dat dit in Frankrijk ondenkbaar is. Al met al een prettig boek, dat niet te veel moppert en evenmin te veel ophemelt. Licht ergerlijk is ten slotte dat op vrijwel elke drie pagina’s wordt gemeld dat het echtpaar zo veel plezier beleeft aan hun oude Land Rover.
De Fransozen, handboek voor een succesvolle omgang. Lambert Reine. Nijgh & Van Ditmar. ISBN 978 90 388 9093 7 (€ 15.. In een helder boek beschrijft de zakenman/auteur zijn jarenlange ervaringen met zakendoen in Frankrijk. Het blijkt dat er nog steeds veel verschillen bestaan in de omgangsvormen tussen de Fransen en de Bataven. Veel stereotiepe zaken komen in het prettig leesbare boek voor: de Fransen zijn niet zo direct als de Nederlanders, de Franse baas is de baas en hanteert niet het overlegmodel en zo volgen er nog talrijke. Een flink aantal daarvan valt niet meer zo scherp te onderscheiden, doordat de Fransen ook wel hebben begrepen dat hun Latijnse manier van communiceren (omhaal, debat om het debat) in de 21e eeuw niet meer zo goed werkt. Lambert Reine beschrijft zorgvuldig al die verschillen en verstrekt daarbij nuttige adviezen. Zoals deze: Nederlanders willen geen debat, geen confrontatie, geen discussie. Wij willen een snel gesprek met een compromis. Dat begrijpt een Fransman niet. Een compromis sluiten is een zwaktebod in hun ogen. Het boek staat vol met dergelijke voorbeelden en is daardoor uitermate nuttig zijn voor de groeiende groep Nederlanders die niet als pensionado naar Frankrijk trekt, maar om daar een werkend bestaan op te bouwen.
Zakelijke communicatie Frans. 800 praktische zinnen, verzameld door drs. D. van den Brink en drs. W.D. Kruize. Walva Taalgidsen. ISBN 978 90 6675 289 4 (€ 7,25.) Dit handige boekje is bestemd voor het middelbaar en hoger economisch beroepsonderwijs en het bedrijfsleven. Het bevat een systematische verzameling zinnen, die de basis vormen van de zakelijke communicatie. Het taalmateriaal is ontleend aan de praktijk en ook weer direct in die praktijk toepasbaar. Het boek kan zowel als leerboek als als naslagwerk dienen. De vijf hoofdstukken waarin het boek is onderverdeeld, vormen de neerslag van de praktijksituaties: schriftelijk verkeer, telefoon, persoonlijke contacten, handelsvertegenwoordigingen en beleggingen. De tweede oplage is inhoudelijk geheel herzien en op een groter formaat uitgevoerd. Bij dezelfde uitgever verscheen ook Bellen met het buitenland: Frans (ISBN 978 90 6675 656 4, € 7,25). In 500 praktische zinnen is het dagelijkse telefoneren uit de doeken gedaan. Praktisch om bij de telefoon te leggen en te raadplegen als je een Frans telefoongesprek moet voeren.
De ontdekking van Frankrijk. Graham Robb. Uitg. Atlas.ISBN 978 90 450 0788 5. (€ 24,90.) Een mooi, lekker dik en leesbaar boek over de geschiedenis van Frankrijk, beschreven vanaf de zeventiende eeuw tot vroeg in de twintigste eeuw. In dit uitstekend vertaalde werk beschrijft de auteur zijn langdurige fietstocht door Frankrijk dat in deze beschreven eeuwen is gegroeid van een samenraapsel van buitenlanders en oorspronkelijke bewoners tot het Frankrijk van nu. Het lezen van de barre ontwikkeling van de plattelandsbevolking van destijds tot de moderne samenleving van de 21e eeuw is een verademing temidden van alle populaire Frankrijkboeken die maar blijven verschijnen. Robbs werk is gedegen, gedocumenteerd en prettig, een tikje literair, opgeschreven. Hij beschrijft al fietsend door het land het ‘echte’ verleden, komt in de woeste uithoeken van eertijds, en beziet het proces van de ‘binnenlandse kolonisatie’ tijdens de ruim 20.000 kilometer die hij heeft afgelegd. Ruim een eeuw geleden was het Frans voor een groot deel van de bevolking nog een vreemde taal, was het land nog niet in zijn geheel in kaart gebracht en bestond het uit diverse lokale culturen. De auteur is geen onbekende in dat Franse land, hij schreef biografieën over Victor Hugo, Rimbaud en Balzac. De ontdekking van Frankrijk is bekroond met de Royal Society of Literature Ondaatje Prize 2008. Een boek kortom voor de echte Frankrijkliefhebber, of zoals recensent Michaël Zeeman het verwoordt, ‘om alle oliebollen die van hoog tot laag op het terras van hun Franse huisje maar wat kakelen over dat land, bij te spijkeren.’
Als kok in Frankrijk. Literaire recepten, culinaire verhalen. Bart van Loo. Uitg. Meulenhoff/Manteau. ISBN 9 789 085 421 37 5 (€ 19,95.) De auteur van Parijs Retour (literaire reisgids) heeft in zijn studie van oude Franse kookboeken een de papillen strelend relaas geschreven over de Franse gastronomie. Hij beschrijft in geuren en kleuren hoe Franse keukenprinsen mythische gerechten als vol-au-vent of pêche melba uit hun koksmuts toverden. De Belgische auteur maakt er geen geheim van dat hij francofiel is -hij doceerde Franse taal. Aan de hand van oude handboeken over eten en drinken komt hij tot de slotsom dat ‘eten’ voor de Fransman wezenlijk is. De gehele culinaire ontwikkeling van de Franse keuken passeert de revue: Middeleeuwen (‘in de saus drijven de kapoenen’), Renaissance (‘niemand kan nog zonder suiker’), Het tijdperk van Lodewijk XIV (‘laat een koolsoep naar kool smaken’), Verlichting (‘vinkenkopjes, kwintessens van meikevers en vlindercoulis’), Negentiende eeuw (‘de gastronomische wetenschap is volop in de ode. Iedereen wil er zich mee bemoeien’) en Twintigste eeuw (‘eenvoud staat schoonheid niet in de weg’). Na de beschrijving van deze soms huiveringwekkende keukenprestaties volgen de recepten uit deze ontwikkelingsgang. Van Ei (‘uit haar verleidelijke boezem verbreidde zich een zacht parfum van truffels’) tot Wild (‘vrouwen aan tafel, dat is voorwaar verrukkelijk, maar….’) en verder vis, kip, rund, varken, schaap. Dat alles besproeid met wijnen en afgesloten met desserts en digestifs (‘mijn gehemelte explodeerde’). Kortom, een heerlijk boek, verteerbaar en smakelijk opgeschreven.
Weg uit Nederland. Willemijn Justa en Frank Hiemstra. Uitg. Balans. ISBN 978 50 5018 941 5 (€ 15.) De auteurs hebben een ruime ervaring met het emigreren/verhuizen naar verre landen. Justa is journaliste en echtgenoot Hiemstra werkte voor Philips over de hele wereld. Ze vertrokken vijf keer uit Nederland en hebben hun ervaringen nu te boek gesteld. Eén op de twintig Nederlanders overweegt binnen vijf jaar naar een ander land te verhuizen. Daarbij stuit men op veel obstakels. Hoe kom je van de belastingdienst in Nederland af? Hoe zit het met de AOW? En wat betekent het huidige zorgstelsel als je de warmte opzoekt in een verenigd Europa, maar nog een inkomen hebt uit Nederland? Hoe kom je achter lokale regelgeving? Zijn er wel goede scholen voor de kinderen? En hoe zit het met kraamhulp in het nieuwe vaderland? Gaat de auto mee? Huis wel of niet verkopen? Mag je partner werken in het buitenland? Deze gids bevat 150 do’s en don’ts, aanbevelingen en valkuilen, ervaringen en wijze lessen over wonen en werken in het buitenland, geïllustreerd met voorbeelden. Doordat de tips niet op één emigratieland zijn geconcentreerd zijn weinig concrete of gedetailleerde raadgevingen te vinden, maar moesten de auteurs meer in algemene termen spreken over de vele regels, verordeningen en wetten. Het boek levert vooral een samenvatting van de eigen ondervinden met emigratie en terugkeer. Het enige land dat wat meer aandacht krijgt als emigratieland is Frankrijk. Waar La Maison 460 pagina’s voor nodig heeft om de Nederlandse Frankrijkganger te informeren, vatten Justa en Hiemstra de verhuizing naar Frankrijk in 11 pagina’s samen. Weg uit Nederland is nuttige lectuur voor de Nederlander die serieus van plan is het land te verlaten en de verstandige raadgeving volgt om zich tevoren terdege voor te bereiden.
De geschiedenis van Frankrijk in een notendop, door Niek Pas. Uitg. Bert Bakker. ISBN 978 90 351 3170 5. (€ 9,95.) In de serie (bijna) Alles wat je altijd wilde weten brengt de uitgever een beknopt overzicht van de Franse geschiedenis. De auteur Niek Pas, historicus en Frankrijk-specialist, slaagt erin om in het bescheiden boekwerkje een leesbaar overzicht te geven van de rijke historie. Het boek levert een globaal chronologisch overzicht van de geschiedkundige hoogtepunten: de opstand van Vercingetorix tegen de Romeinse overheersers tot de doping in de Tour de France. Van Clovis tot de toepassing van internet in Frankrijk en van de rotstekeningen van Lascaux tot het optreden van president Sarkozy. De rondgang door de Franse geschiedenis frist de sluimerende algemene kennis op die Frankrijkliefhbbers ooit hebben opgedaan. Het accent wordt gelegd op de periode na de Franse Revolutie van 1789 en in het bijzonder op de twintigste eeuw met de twee wereldoorlogen, de dekolonisatie van Algerije, de roerige meidagen van 1968 en de laatste presidenten van de Vijfde Republiek, de huidige staatsvorm. Aangestipt wordt hoe Frankrijk moet leren omgaan met de soms verfoeide mondialisering en hoe lang Frankrijk aan het begin van de 21e eeuw het nog kan blijven volhouden dat er een exception française kan blijven voortbestaan. Een nuttig boek.
Tout va bien. Berichten uit Frankrijk. Martin Bril. Uitg. Prometheus. ISBN 978 904 461 214 1 (€ 12,50.) Na zijn gebundelde columns in Plat du Jour is dit boekje verschenen met wederom losjes opgeschreven belevenissen van de rondkijkende Volkskrant-columnist. In het boek komen ook enkele nog niet gepubliceerde beschouwingen voor over Frankrijk, zijn geliefde vakantieland waarin hij ook over een vakantiehuis beschikt. Zijn waarnemingen over het Franse leven op het platteland lezen met een lichte glimlach weg en ook zijn rondkijken in de grote stad leidt tot licht verteerbare, maar smakelijk genoteerde schrijfsels. Het gaat allemaal niet diep, maar het is een ontspannen bezigheid, het lezen van Frankrijkboekjes van Martin Bril. Zijn columns stijgen qua schrijfstijl in ieder geval ver uit boven wat er zoal op de markt verschijnt aan boeken over het leven in Frankrijk.
Jouw 1000 belangrijkste woorden. Frans basiswoorden. Uitg. Van Dale, ISBN 978 90 6648 927 1 (€ 7,50). Wie snel zijn weggezakte schoolfrans wil opfrissen of zelfs nog moet beginnen met het leren van de Franse taal kan baat hebben bij het bezit van het boekje met 1000 belangrijke woorden in het Frans. Het zijn de meest gebruikte woorden, waarmee men zich verstaanbaar kan maken; 1000 woorden zouden voldoende zijn om zich in dagelijkse situaties verstaanbaar te kunnen maken. De woorden zijn opgenomen in voorbeeldzinnen met de thema’s vriendschap, het dier, de hoofdstad, de kleur, het nieuws, bedanken e.a. De opzet van het handzame boekje is plezierig en de gekozen woorden en voorbeeldzinnen zijn van deze tijd.
Waarom de Fransen zo Frans zijn, de Nederlandse vertaling van SixtyMillion French Can’t Be Wrong van de hand van de Canadese journalisten Jean-Benoît Nadeau en Julie Barlow, die drie jaar onderzoek in Frankrijk deden naar de economische, historische, politieke en sociologische facetten van Frankrijk. Uitg. Scriptum ISBN 90 5594 332 0 (€ 19,95). Het boek leest niet met rode oortjes, maar is zeer gedegen van opzet en geeft vooral op geschiedkundige gronden aan hoe Frankrijk is geëvolueerd tot een moderne Europese staat. Het typische volkseigen wordt verklaard en in een context geplaatst. De auteurs blijven zich licht verbazen over de op het oog curieuze tegenstrijdigheden zoals de nog steeds rigide staatsvorm en de pogingen tot decentralisatie, de macht van de elite en die van de vabonden, de nog steeds geaccepteerde bureaucratie enz. Wie als buitenlander in Frankrijk woont en zijn leefomgeving beter wil begrijpen, is dit boek een aanrader.
Een eigen huis in Frankrijk, kiezen, kopen en opknappen. Hein Verdam. Uitg. Hands On Productions, Amsterdam. ISBN 90 77380 04 3 (€ 34,90.) Dit zeer fraai vormgegeven boekwerk behandelt talrijke aspecten van het Franse huis, zoals beknopte informatie over het koopproces en vergunningen en uitgebreide uitleg over het opknappen. Ruim 200 foto’s illustreren dit kijk- en leesboek, waaraan een doe-het-zelver veel plezier kan beleven. Enkele veel voorkomende klussen, zoals voegen, metselen, beton storten en een pannendak vernieuwen worden met behulp van foto’s stap voor stap uitgelegd. Het naslagwerk bevat ook een lijst van de meest voorkomende Franse bouwtermen. De auteur knapte zelf huizen op in Frankrijk en adviseerde bij bouwprojecten. Ook geeft hij in de zomermaanden de praktijkcursus Frans Huis Opknappen in zijn Franse boerderij.
Meer sjans met Frans! Nederfranse taalanektdotes, missers en uitglijders. En hoe het wel moet. Marion Everink. Uitg. Scriptum Publishers. ISBN 978 90 5594 546 7 (€ 12,50.) Er zijn al heel wat werkjes verschenen over de manier waarop Nederlanders spreken en welke fouten zij daarbij maken. Het nieuwe boekje, fraai vormgegeven, is een aardige aanvulling op deze reeks. Nederfrans klinkt soms zo goed, dat het bijna echt Frans lijkt. Maar het blijft een raar mengelmoesje dat pijnlijke misverstanden en lachwekkende situaties kan oproepen. Want ons goedbedoelde gemompel brengt menige Fransman tot wanhoop – zonder dat we begrijpen waarom. Wat une rampe, dat Frans! Marion Everink (1961) ging in Frankrijk wonen en leerde, ondanks een grondige vooropleiding, de taal met vallen en opstaan. Op de been gehouden door een groot gevoel voor humor, vertelt ze in dit boek over haar uitglijders. Een batterie voedt echt de afstandsbediening niet, maar is een accu, pannenset of drumstel.
Lexique Immo, verklarende woordenlijst voor aankoop en bouw van een huis in Frankrijk. T. van Arkel (€ 22,50 inclusief verzendkosten, bestellingen via de website immolang.nl). Het boekje bevat een vocabulaire F-N met de vertaling van de meest voorkomende woorden en termen die een Nederlandse huizenzoeker in Frankrijk tegen kan komen. Het werkje is onderverdeeld in de hoofdstukken Eerst kijken, dan kopen; Het koopproces; Terrein, bouwwerkzaamheden en installatie; Geldzaken en verzekeringen. De belangrijkste geachte woorden en termen zijn ook nog eens te vinden in een hoofdstuk Woordenlijst N-F. Het boekje is handig uitgevoerd in een bescheiden formaat en voorzien van een ringband, praktisch om mee te nemen bij de zoektocht.
Verborgen Frankrijk, een zoektocht naar geheime geschiedenis. David Scherpenhuizen, Nathalie van Koot. Uitgever Dominicus Thema. ISBN 978 90 25 74 1235. (€ 16,95.) Onlangs beleefde dit reisboek zijn tweede druk en dat lijkt terecht. Het goed verzorgde boek verhaalt aan de hand van twee reizen in Frankrijk over de vroege geschiedenis van Frankrijk in relatie tot de ontwikkelingen in het christendom en de daaraan voorafgaande religie- of overtuigingsvormen. Van Osiris en Isis tot Jezus en Maria Magdalena, van de Tempeliers, de Rozenkruisers, de Vrijmetselaars tot de Katharen en Jeanne d’Arc, zij komen allemaal aan bod aan de hand van historisch feitenmateriaal, eigen interpretatie en beschrijving van de talrijke zichtbare overblijfselen in Noord- en Zuid-Frankrijk. Het boek dat licht relativerend schrijft over de besproken vormen van esoterie is meer dan een reisgids. Het laat, soms wat speculatief, zien dat het christendom de wereld op velerlei wijzen heeft beïnvloed. Lange tijd bleef een geheime boodschap uit het oude Jeruzalem onzichtbaar en verborgen, aldus het uitgangspunt van de auters, maar in het Frankrijk van nu zijn nog altijd sporen van die mystieke traditie te vinden. Zij hebben er een waardevol verslag van gemaakt en slaagden erin de materie zeer levendig en leesbaar te beschrijven. Het boek is bovendien rijk geïllustreerd. Een aanrader voor de Frankrijkliefhebbers die eens iets anders over het favoriete land willen lezen dan belevenissen met de aannemer of het babbeltje met de Franse buurvrouw.
Een culturele geschiedenis van Frankrijk. Jelle Noorman. Uitg. Olympus. ISBN 978 90 46 70 1287. (€ 15.) In een flinke pil beschrijft de auteur in zijn pas verschenen derde druk (het boek had eerder de titel De haan op de mesthoop) inderdaad de culturele geschiedenis van Frankrijk. Aan de hand van tal van voorbeelden zoals die binnen de ontwikkeling van de taal en de cultuur, doemt een beeld op dat nogal wat clichés en vooroordelen laat verdwijnen. In een bijzonder aangename schrijfstijl wordt op een milde toon afstand genomen van de faam en roem die Frankrijk ooit als wereldmacht zou hebben genoten. De Fransen menen over het algemeen nog steeds dat zij heel goed kunnen koken, bedreven zijn in het liefdesspel en de mooiste taal van de wereld spreken. Maar de wanverhouding tussen dat beeld en de werkelijkheid van de 21e eeuw, dringt nog maar traag door in het nationale bewustzijn. Noorman, van wie eerder al het boek Mijn Frankrijk verscheen, beschrijft dit proces op een persoonlijke manier, maar blijkt zich ook terdege te hebben gedocumenteerd. Een absolute aanrader.