- Wat te doen in januari • Wat te doen in februari • Wat te doen in maart • Wat te doen in april
- Wat te doen in mei • Wat te doen in juni • Wat te doen in juli • Wat te doen in augustus
- Wat te doen in september • Wat te doen in oktober • Wat te doen in november
- Wat te doe in december
De tomaten moeten in de gaten worden gehouden. Regelmatig dieven, water geven of voor een goede paillage zorgen (stro, afgemaaid gras rond de voet van de plant). Insecten en draadwormen zullen van de tomaten en hun wortels afblijven als er flink wat afrikaantjes rond de tomaten worden geplant. En de aardappelen kunnen zo nu en dan verder aangeaard worden om het eventueel groen worden van de komende piepers te vermijden. Bovendien is na nat weer behandelen met bouillie bordelaise noodzakelijk ter voorkoming van meeldauw.
Meloenen moeten op tijd gesnoeid worden. Als zelf is gezaaid, moet na opkomst van de eerste twee bladeren de derde worden weggeknepen. Er komen dan twee nieuwe stengels. Als elk van die vertakkingen drie bladeren heeft, wederom de nieuwe top eraf. Dan verschijnen de bloemen, eerst de mannetjes en dan de vrouwtjes. Als de vruchtjes beginnen te zwellen de stengel na drie bladeren na de vrucht weer snoeien. Laat aan een plant 5 à 6 vruchten zitten. En, niet vergeten, meloenen en komkommers niet in elkaars nabijheid planten. Het is ook tijd om de augurken (cornichons) te zaaien, mag in de volle grond.
De nu snel groeiende druivenstokken mogen worden gesnoeid. De toppen van de stengels kunnen eraf, alsmede de stengels die uit de oksels groeien. Aardbeienplanten die te veel uitlopers (stolons) hebben (de nieuwe planten voor volgend jaar) moeten niet uitgeput raken, dus alleen de uitloper die het dichtst bij de plant groeien laten staan, de andere weghalen. De bessenstruiken zullen nu vruchten leveren. Aardbeien en bessen zijn erg aantrekkelijk voor de vogels. Netten spannen helpt tegen de vraatzucht, maar het is wel steeds vervelend om ’s morgen verstrikt geraakte vogels te moeten bevrijden. Effectief blijkt het met een touwtje vastknopen van vervelende CD’s aan tonkinstokjes die in de grond worden gezet. Proef-CD’s van al die Franse providers bijvoorbeeld zijn zeer geschikt.
Tomaten en de komkommerachtigen (augurken, meloenen enz.) kunnen preventief worden behandeld met zwavel. De tomaten kunnen ook wel wat mest gebruiken waar veel kalium in zit (potassium in Frankrijk). En de aardappelen hebben regelmatig een controlebeurt nodig op de aanwezigheid van de coloradokever (doryphore).
Sommigen vinden het erg romantisch, die leuke fladderende witte vlinders boven de moestuin. Het zijn echter boefjes, de koolwitjes (piérides de chou), die hun eieren leggen (gele hoopjes) aan de onderkant van de koolbladeren. Als je er niet op let zijn er binnen korte tijd talloze kleine rupsjes, bezig aan het oppeuzelen van het blad. Dus er op tijd bij zijn en de rupsen weghalen. Het kan helpen om de koolplanten (witte kool, rode kool, spruitjes en waarom niet, boerenkool) in de nabijheid van sterk geurende gewassen te plaatsen. Koolwitjes hadden bijvoorbeel niet van de geur van tomaten. Een beetje gegist aftreksel van tomatenblad doet wonderen.
Knoflookbollen worden groter als deze maand het loof wordt geknakt en kan afsterven. Een gift met houtas wordt erg op prijs gesteld. Om steeds fris bieslook (ciboulette) te krijgen of van de grotere variant de ciboule is het nuttig om af en toe de planten tot 2 cm. van de grond af te knippen.
Deze maand van sterke groei van de gewassen die opbrengsten beginnen te leveren, staat in het teken van sproeien. Wie een bron of put heeft, kan daaruit het zo nodige water oppompen. Anderen zijn aangewezen op leidingwater (eau de ville) en doen er goed aan een druppelinstallatie aan te leggen. Het water blijft langer vast, wanneer rondom de planten stro, gemaaid gras of andere vormen van paillage beschikbaar zijn. Bovendien krijgt het onkruid geen kans.Planten en zaaienDeze maand nog kunnen de op de markt gekochte planten van de peper, de paprika en de aubergine worden geplant. Zaaien kan nog als het om de kolen gaat: witte kool, rode kool, spruiten en boerenkool (chou frisé). Het zaad is te krijgen in Frankrijk. Veel wordt het daar overigens niet gegeten. Het zaaien van kool in de volle grond is op klei lastig. De aardvlo vreet vrijwel alles op. Beter is het op een hogere plaats (een tafel buiten) de kolen voor te zaaien en ze bij voldoende groei uit te planten in de volle grond. Diep planten is belangrijk bij kolen. Bescherming met open plastic flessen kan nodig zijn. Veel water geven ook, die kolen. De zomerprei kan worden uitgeplant. In de rij met een pootijzer flink diepe gaten maken, de potlood-dikke voorgezaaide prei in die ruime gaten planten, de plantjes voor een derde van het loof ontdoen en de regen (of eventeel het sproeiwater) de gaten langzaam laten opvullen met grond.
Fladupsel