Lidwoorden
Tweeëndertigste aflevering november 2007
Vive les tests!
(1 – de lidwoorden)
Beter Frans leren spreken? D’accord! Maar het liefst zonder grammatica en vooral zonder tentamen. Toch is meten weten. Daarom heb ik een methode ontwikkeld om op een efficiënte manier uw kennis te toetsen en uit te breiden. Onnodige stress is er niet bij en u kunt uw vooruitgang zelf ervaren.
Hieronder een eerste voorbeeld en wel over het gebruik van lidwoorden in het Frans.
Zo werkt het:
- U print de test in drie exemplaren
- U schrijft op één daarvan uw naam en de datum
- U vergelijkt (net zo lang u het wilt) de eerste en de derde kolom.
- U kiest in welke richting u wilt vertalen (uit het Frans naar het Nederlands of, beter, omgekeerd)
- U doet een prognose (hoeveel % haalt u aan goede antwoorden) en u schrijft die rechtsboven.
- U vouwt de kolom met de doeltaal weg en u vertaalt de zinnen in de brontaal zo exact mogelijk in de middelste kolom. Neem uw tijd… en risico’s
- U ontvouwt het blad en (met een andere kleur pen) kijkt u hoeveel goede antwoorden u hebt (hoe goed goed moet zijn moet u zelf weten)
- U rekent uw slagingspercentage en vergelijkt het met uw prognose: of u bent tevreden met het succes, of gestimuleerd door de onverwachte moeilijkheid, of verbaasd van de mate van uw zelfkennis
- Dan neemt u een derde kleur pen en gaat u de interessante fouten eruit halen en begrijpen: wat kunt u ervan leren?
- Ten slotte legt u de test weg, en doet u het een week later opnieuw. Ik kan u verzekeren dat drie keer genoeg is om een aanzienlijke verbetering te zien.
Alle zinnen zijn grammaticale kernzinnen. Dat betekent dat zij allemaal één of meerdere valkuilen bevatten. Wie de uitdrukkingen en zinnen op de juiste manier gebruikt, maakt over een poosje zelf spontaan vergelijkbare grammaticaal correcte zinnen. Dus: vergeet maar de oude schoolse trauma’s en neem weer de controle over je kennis.
Courage et au boulot!
Naam | Datum | Percentage |
Aan het begin van het boek. |
Au début du livre. |
|
Van de Pyreneeën tot de Alpen. | Des Pyrénées aux Alpes. | |
Honden zijn trouw. | Les chiens sont fidèles. | |
’s Zaterdags ga ik naar de markt. | Le samedi, je vais au marché. | |
Koningin Beatrix |
La reine Beatrix |
|
Hij is arts. | Il est médecin. |
|
Zij heeft blauwe ogen. | Elle a les yeux bleus. | |
Een dorp met smalle straten | Un village aux rues étroites. | |
Uiensoep | De la soupe à l’oignon | |
Ik heb mijn been gebroken. | Je me suis cassé la jambe. | |
Frankrijk en Brazilië | La France et le Brésil | |
Kom binnen, jongens! | Entrez, les gars! | |
Zwart staat je goed! | Le noir te va bien! | |
Nieuw- jaarsdag |
Le nouvel an | |
Frans leren ? | Apprendre le français? | |
Tussen 10 en 15 mei. | Entre le 10 et le 15 mai… | |
Het ruikt hier naar gas. | Ça sent le gaz ici. | |
U bent welkom. | Vous êtes le bienvenu. | |
Hij zit in de gevangenis, maar verlies de moed niet. | Il est en prison, mais ne perd pas courage. | |
Lodewijk de Veertiende | Louis Quatorze (XIV) | |
Dat is geen Duitse auto. | Ce n’est pas une voiture allemande. | |
Is er nog brood? | Y a-t-il encore du pain? | |
Het liefst kijk ik Franse films. | Je préfère regarder des films français. | |
Hij heeft geen werk, en heeft geld nodig. | Il n’a pas de travail, et a besoin d’argent. | |
Zonder rust te nemen, is hij naar de winkel gerend en heeft alles in dollars betaald. | Sans prendre de repos, il a couru au magasin et a tout payé en dollars. | |
Score: quantité de bonnes réponses (= ) x 4 = % |