Eenenzeventigste aflevering, juli 2012
Mots-clefs pour le cœur des Français
De taal van de Franse gezelligheid
J-9 was in koeienletters te lezen op de eerste pagina van ‘Le Figaro’: negen dagen vóór de Jour J, de dag dat het allemaal zou gebeuren, de dag waarop de ene helft van Frankrijk huilt terwijl de andere helft lacht, de dag dat de nieuwe Président gekozen werd. En dan duurt het weer 5 jaar (1836 nachtjes slapen…) tot het volgende hanengevecht. Spannend? Niet echt, want de overwinning van de ‘Hollanders’ leek al beklonken. Hoe vertaalt u ‘een makkie’ in het Frans?
Les doigts dans le nez! (vingers in de neus…) zou hiervoor de beste vertaling zijn, zeker als het gepaard gaat met het bijbehorend gebaar: wijs- en middelvinger in de richting van de neusgaten.
C’est du tout cuit! Het is al gekookt, direct klaar voor consumptie: is er in het land van het lekker eten een betere uitdrukking voor iets dat voor het oprapen ligt? Ja, misschien wel: C’est dans la poche! Dan kan het echt niet meer misgaan.
Fastoche!gebruikten wij al bij de eerste knikkerwedstrijdjes op de basisschool. Geen kunst aan dus, dat doe je met de linkerhand.
Aan de andere kant, als het doel moeilijk te bereiken lijkt, zeggen wij: ‘Ça va être coton…’ Waarschijnlijk oude spierpijn, een herinnering aan het harde werk van de katoenplukkers van het ooit Franse Louisiane (een van de eerste Franse koloniën, zo genoemd ter ere van Louis XIV).
En als het gevecht beslecht is, blijft voor de overwonnene niets anders over dan zijn wonden te likken en zijn toekomstvisie aan de nieuwe realiteit aan te passen: dur dur…