@jaap
Jij volgt dus, als ik het goed zie, voor je echtgenote thans de door mij als methode 2b) genoemd, zijnde de keuze voor fictieve binnenlandse belastingplicht (slechts dan hoeft zij namelijk haar gehele wereldinkomen aan Nederland op te geven). Dat is via de electronische aangifte (C-biljet dus), die geldt voor een geheel kalenderjaar in het buitenland wonenden met (ook) Nederlands inkomen, goed te doen. Ik heb daar ook nooit enige fout in ontdekt.In eerdere discussies is erop gewezen (ook op de thuispagina alhier) dat naast belastingvoordelen er ook -nadelen kunnen zitten aan het kiezen voor binnenlandse belastingplicht.
Voor degenen die binnen een jaar immigreren naar of emigreren vanuit Nederland geldt het M-Biljet. Dat kan slechts handmatig worden ingevuld. Ik heb twee fouten/onduidelijkheden ontdekt in de toelichting bij het M-biljet (bijv.vooral bij verdeling van ziektekostendrempel over binnen- en buitenlandse periode kan het -ten nadele van de aangifteplichtige- mis gaan; verder heb ik discussies met de BD gehad over de vraag hoe het premie-inkomen in jaren dat men zowel in Nederland als buitenland woonde verwerkt moest worden in de middelingsregeling: iedere belastinginspecteur schijnt daar anders over te denken, en er is geen jurisprudentie over). De Belastingdienst Heerlen gaf de fouten in de toelichting toe, en gaf als verklaring dat de toelichting van het M-biljet iets te klakkeloos gekopieerd was van die van het C-biljet.
Jij stelt dat Nederland een andere methode ter voorkoming van dubbele belasting heeft dan Frankrijk. Kijk je naar de formulering in art. 24 van de methode voor Frankrijk dan klopt dat wel, want die is veel korter dan die voor Nederland. Toch meen ik dat in beginsel de eerste formule ook aan de Nederlandse methode(dus in de door mij genoemde gevallen 1 en 2b) ten grondslag ligt.